Rechtspraak lijdt onder politiek gesol

Delen:

Vlnr: Jaap Polak, Herman Bolt, Maarten Feteris en Theo Simons
Vlnr: Jaap Polak, Herman Bolt, Maarten Feteris (Hoge Raad) en Theo Simons.

Het gesol door de politiek met de bestuursrechtspraak is de Centrale Raad van Beroep (CRvB) en het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) niet in de koude kleren gaan zitten. Expertise lekte de afgelopen jaren weg, innovatie kwam tot stilstand, doorlooptijden werden langer en het werd steeds moeilijker om nieuwe rechters aan te trekken.

Dat blijkt uit gesprekken met de presidenten van de rechterlijke colleges CRvB en CBb over de gepande reorganisatie die na vier jaar werd afgeblazen na forse kritiek vanuit de rechterlijke macht en het parlement. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, zo blijkt uit  uitlatingen van de voorzitter, kwam er vrijwel zonder kleerscheuren vanaf.

De reorganisatie van de bestuursrechtspraak vloeide voort uit het regeerakkoord van Rutte II. De rechters van het CBb moesten naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De taken van de CRvB zouden worden verdeeld over de vier gerechtshoven. Maar eind 2016 trok de regering het wetsvoorstel in.

In korte tijd inhalen

Theo Simons
Theo Simons

“De plannen hebben vier jaar lang voor onrust gezorgd,” zegt president Theo Simons van de CRvB. “We konden nauwelijks nog nieuwe rechters krijgen, en rechters die met pensioen konden, gingen. Daardoor raakten we expertise kwijt, al delen mensen die weggaan hun kennis zo veel mogelijk.” De Centrale Raad kon wel rechters op detacheringsbasis aantrekken. In 2015 heeft de Centrale Raad meer dan 8.000 zaken afgehandeld, een record. “Maar het had niet langer moeten duren.”

Innoveren was lastig onder de donkere wolken van opheffing. Simons: “Het heeft weinig zin om nieuwe projecten te bedenken als je wordt opgedoekt. Onze voorbereiding op digitaal procederen heeft er onder geleden. Dat moeten we nu in korte tijd inhalen. Dat gaat wel lukken, maar het had allemaal niet gehoeven.” Volgens Simons hebben de rechtzoekenden weinig of geen nadeel ondervonden, omdat rechters op detacheringsbasis het werk hebben overgenomen.

Commotie

Herman Bolt
Herman Bolt

Bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) kwam de klap in juni 2014 hard aan door de brief waarin de ministers Opstelten en Plasterk de opheffing van het CBb en de CRvB aankondigden. “Vanaf dat moment speelde de vraag: wat gebeurt er met ons?,” zegt waarnemend president Herman Bolt. “Volgens de brief gingen onze zaken naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, maar over het personeel bijna geen woord.”

De onzekerheid duurde tot mei 2016, toen de regering zwart op wit stelde dat iedereen van het CBb, behalve negen raadsheren, meekon naar de Raad van State. De acht senior raadsheren gingen wel mee. “Dat leidde tot commotie,” zegt Bolt. “Het is niet goed voor een organisatie dat sommige collega’s een beter perspectief hebben dan anderen.”

De raadsheren konden dan wel een andere plek krijgen binnen de Rechtspraak, maar velen werden daarvan diep ongelukkig. “Rechters bij het CBb zijn gespecialiseerd in het economisch bestuursrecht,” licht Bolt toe. “Als die naar bijvoorbeeld de belastingkamer van het Hof Den Haag gaan, hebben ze het gevoel dat ze hun werk kwijtraken. Het voelt bijna als ontslag.”

Verloop

Het gevolg: een fors verloop onder de raadsheren. Bolt: “Van de twintig rechters vertrokken er zeven. Een derde!.” Het CBb zat toen klem. De zaken bleven binnenkomen, maar nieuwe rechters aannemen kon niet, omdat Bolt ze geen zekerheid kon bieden. “Dat hebben we opgevangen met gedetacheerde rechters. Die werken hard, maar ze hebben niet de kennis en ervaring van de mensen die zijn vertrokken.”

De praktische gevolgen werden in 2016 duidelijk. “In 2014 en 2015 hebben we het heel goed gedaan qua uitstroom van zaken, maar in 2016 hebben we de tol betaald. We moeten nu een werkvoorraad van meer dan 1300 zaken wegwerken. De doorlooptijden zijn gestegen.”

Rechtseenheid

Jaap Polak
Jaap Polak

Voor de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State was de onduidelijkheid minder schadelijk, vertelt voorzitter Jaap Polak van de Afdeling. “We hebben er een hoop energie in gestoken om te kijken hoe we het economische bestuursrecht zouden inpassen in onze organisatie. Maar we moeten het niet overdrijven. Voor het CBb en de CRvB was het bedreigender dan voor ons.”

Ondanks alle onrust is het positief dat meer dan voorheen vooruitgang is geboekt op het terrein van rechtseenheid, zegt Polak. “Dat geeft positieve energie, en dat moeten we vasthouden. Voor inhoudelijke verbetering is een institutionele verandering niet nodig.” Bolt ziet dat ook: “We zijn goed blijven samenwerken met andere hoogste bestuursrechters. De Afdeling, de CRvB en wij hebben zitting genomen in elkaars Grote Kamers.”

Les voor de politiek

Welke les kan de politiek trekken? Simons: “Het is niet alleen onbehoorlijk maar ook buitengewoon onverstandig om dergelijke projecten vorm te geven buiten de betrokkenen. En er is nog steeds geen structurele oplossing voor een betere organisatie van de bestuursrechtspraak.” Simons pleit voor wetgeving om te garanderen “dat de rechtseenheid tussen de verschillende colleges ook institutioneel wordt gewaarborgd.” Hij sluit aan bij de voorstellen voor rechtseenheidskamers van de Commissie Scheltema.

Herman Bolt trekt de conclusie dat een reorganisatie nooit lang mag duren. Jaap Polak wil vooral ‘rust in de tent’, zodat rechters hun werk kunnen doen.

Lees meer over:

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven