De rechtspraak moet klantgerichter gaan werken en rechters moeten eerder worden betrokken in een procedure. Dat vindt het voormalige Tweede-Kamerlid Jeroen Recourt, die voor de PvdA justitiewoordvoerder was.
Recourt vindt dat in de toekomst rechters op een eerder moment moeten worden betrokken bij de procedure, die er ook anders moet uitzien. Recourt deed zijn uitspraak toen hem werd gevraagd naar de ‘rechter van de toekomst’, naar aanleiding van de Dag van de Rechtspraak (28 september).
Volgens Recourt, zelf tussen 2004 en 2010 rechter, moet iedere procedure als uitgangspunt hebben wat partijen gemeen hebben en wat hun gezamenlijke belangen zijn. “De rechter is er om knopen door te hakken op die onderdelen waar partijen zelf niet uitkomen. In dit model moet ook ruimte zijn voor niet-juridische argumenten. We zitten nu te veel vast in een systeem dat mensen eerder uit elkaar drijft dan dat ze tot elkaar kunnen komen. Verder zal de rechter het algemeen belang kunnen meewegen. Op deze wijze zal het recht veel meer echte en duurzame oplossingen bieden dan nu het geval is.”
Ook zal de rechtspraak veel klantgerichter moeten gaan werken, vindt Recourt. Rechters denken nu, vaak noodgedwongen, vanuit hun eigen koker. Gevolg: rechtzoekenden worden van de ene rechter naar de andere gestuurd, wat veel tijd, geld en ergernis kost. “Bijvoorbeeld van de civiele naar de bestuursrechter. Het zou niet moeten gaan om het loket, maar om de vraag waar de rechtzoekende het meest bij gebaat is. Dit is vooral een organisatie-en wetgevingsvraagstuk. Burgers hebben er geen boodschap aan dat er verschillende rechtsgebieden zijn met verschillende loketten. Ze hebben een probleem dat zo goed mogelijk moet worden opgelost, met of zonder rechter.”
