Aandeelhouders bank moeten bail-out gedogen

Delen:

De Tweede Europese Richtlijn vennootschapsrecht uit 1976 beoogt bescherming van aandeelhouders in vennootschappen van het NV-type. Wezenlijke waarborgen betreffen de emissiebevoegdheid van de algemene vergadering en het voorkeursrecht van bestaande aandeelhouders tot deelname in een nieuwe emissie. Sinds de financiële crisis van 2008 hebben diverse Europese landen wetten aangenomen die de regering bevoegd maken in te grijpen in o.a. de kapitaalstructuur van banken en verzekeraars. Denk in Nederland aan de Interventiewet (onderdeel Wft), die de Minister van Financiën zelfs de mogelijkheid tot onteigening geeft (SNS). Ook Ierland kent sinds 2010 zo’n wet, de Credit Institutions (Stabilisation) Act.

Stel nu dat de overheid ingrijpt bij een bank in moeilijkheden en haar dwingt aandelen bij de Staat te plaatsen tegen de uiterst geringe koerswaarde van dat moment plus korting. Begrijpelijk, want tenslotte geschiedt zo’n bail-out met geld van de belastingbetaler. Stel voorts dat de algemene vergadering weigert aan zo’n emissie mee te werken. Eveneens begrijpelijk, want het bezit van de bestaande aandeelhouders dreigt aanzienlijk verwaterd te worden. Gebeurt er niets, dan volgt faillissement. Stel tenslotte dat de overheid deze patstelling doorbreekt met een dwingend bevel. Waar blijven dan de waarborgen van beleggers in de Tweede Richtlijn?

Onlangs heeft het Hof van Justitie van de EU zich hierover uitgelaten in een prejudiciële beslissing op verzoek van de High Court of Ireland (ECLI:EU:C:2016:836). In deze Scotchstone Capital-beslissing constateert het hof een spanning tussen twee verschijningsvormen van het algemeen belang, namelijk 1) een sterke en eenvoudige bescherming van aandeelhouders in de gehele Unie en 2) de stabiliteit van het financiële stelsel. Het hof kiest tenslotte voor het laatste. De Tweede Richtlijn verzet zich niet tegen noodmaatregelen die de financiële stabiliteit van de EU beogen te waarborgen.

Deze uitspraak doet (wederom) de vraag rijzen of de enquête-voorzieningen van de Ondernemingskamer, leidend tot “noodzaakfinanciering” van een niet-financiële instelling in NV-gedaante (zoals onlangs Cunico), wel verenigbaar zijn met de Tweede Richtlijn. De Ondernemingskamer pleegt dan immers ook de emissiebevoegdheid en het voorkeursrecht van bestaande aandeelhouders opzij te zetten, maar van een bedreiging van de financiële stabiliteit is geen sprake. Ik heb er een hard hoofd in.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven