Wrakingskamer geeft r-c én advocaat gelijk

Delen:

Foto: Pixabay

Een rechter-commissaris mag niet eisen dat een advocaat vragen aan getuigen vooraf schriftelijk moet indienen. Een r-c van de rechtbank Noord-Nederland die een advocaat die schriftelijkheid verplicht oplegde, kreeg een tik op de vingers. Maar een wraking ging niet door.

De Amsterdamse advocaat H. Bakker, die een verdachte bijstond, kreeg op 31 januari 2018 van de griffier van de r-c te horen dat hij uiterlijk 5 februari de vragen aan getuigen (voor getuigenverhoren op 6 en 7 februari) schriftelijk moest indienen. De griffier liet vlak voor het verstrijken van de termijn in een herinneringsmail aan de advocaat weten dat ‘de rechter-commissaris later toegezonden vragen buiten beschouwing zal laten’. Daarop wraakte de advocaat de r-c, maar die berustte daarin niet in.

Tegenover de wrakingskamer (Leeuwarden) liet de advocaat weten dat de gewraakte r-c met haar verzoek de schijn van partijdigheid op zich heeft geladen, dan wel dat daardoor de vrees objectief gerechtvaardigd is dat de rechter-commissaris een vooringenomenheid koestert. Het is in strijd met de wet en jurisprudentie om aan de verdediging te eisen om voorafgaand aan een getuigenverhoor de te stellen vragen schriftelijk in te dienen. Ook de korte termijn waarop dat moest stoorde de advocaat: de mogelijkheden voor de verdediging om de getuigen aan een behoorlijke en effectieve ondervraging te onderwerpen was bij voorbaat volstrekt illusoir geworden. Door haar eis heeft de r-c de verdediging beknot in zijn verdedigingsrechten en daarmee de beginselen van een behoorlijke procesorde en van een eerlijke procesvoering geschonden – wat strijdig is met het EVRM.

De gewraakte r-c wees op het belang van een adequate regievoering. Als er al sprake is van beknotting van het ondervragingsrecht, dan kan dat niet worden aangemerkt als partijdigheid van de rechter.

Met dat laatste is de wrakingskamer het eens: er is geen sprake van vooringenomenheid. Wel benadrukt de wrakingskamer dat er geen wettelijke verplichting is voor de verdediging (ook niet voor de officier van justitie) om op voorhand vragen schriftelijk bij de rechter-commissaris in te leveren voor een getuigenverhoor waarbij de raadsman aanwezig zal zijn. Deze r-c had niet alleen moeten kijken naar de regievoering maar ook de belangen van de verdediging in haar afweging moeten betrekken.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven