Dat een deken tegen een klager zei ‘dat hij het griffierecht beter aan de kermis kan besteden’, verdient volgens het Hof van Discipline geen schoonheidsprijs. Maar dat is tuchtrechtelijk niet verwijtbaar.
Het gedoe ontstond toen een klager vond dat de deken zijn klacht tegen een advocaat niet correct had behandeld. Er zou sprake zijn van ‘tegenwerking’ door de deken en de medewerkers van het Bureau van de Orde, de advocaat kreeg alle ruimte om reactietermijn te overschrijden, er zijn geen notulen gemaakt van besprekingen. Én, omdat de deken inschatte dat de klacht toch ongegrond zou zijn, zei hij tegen de klager: ‘Je kunt het griffierecht van 50 euro beter aan de kermis besteden’. Tijdens de bespreking was de plaatselijke kermis zichtbaar en hoorbaar.
Later stuurt de klager een mail naar de stafmedewerker van de deken: “Dat dit griffierecht volgens de Deken beter als ‘kermisgeld’ besteed kan worden, hebben wij als grievend ervaren en vormt het zoveelste bewijs dat wij als klager niet serieus worden genomen en, zoals wij dat ervaren, vanuit de Orde een actief ontmoedigingsbeleid wordt gemanifesteerd teneinde onze klachten te seponeren.”
De aanvankelijke klacht werd inderdaad ongegrond verklaard, door de Raad en later het Hof van Discipline. Maar had de deken de zaak onzorgvuldig – tuchtrechtelijk verwijtbaar – behandeld? Ook voor dekens gelden dezelfde normen als voor advocaten – ze zijn onderworpen aan hetzelfde tuchtrecht. En in dit geval was er, ondanks de lange lijst klachten over de deken weinig aan de hand – hooguit kan worden gezegd dat de samenstelling van het klachtdossier ‘geen schoonheidsprijs’ verdient, aldus het hof in zijn uitspraak van 24 augustus.
Dat geldt ook voor de opmerking over het ‘kermisgeld’: dat had de deken beter achterwege moeten laten. Dat was bedoeld als een ‘kwinkslag’, aldus de deken, maar de klager voelde zich niet serieus genomen. Het hof is echter van oordeel dat de opmerking van de deken weliswaar ‘onhandig’ was, maar dat deze niet zo ongepast was dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur is geschaad.
