Mr.

Mr. 1 2019 / 31 INTERVIEW ven we nog steeds. De kapitaaleisen voor Nederlandse banken zijn omlaag gegaan, en vervolgens claimt onze minister van Financiën, Wopke Hoekstra, dit als een suc- ces. Hij heeft het over ‘risicovermindering’. Ik weet niet of het komt doordat hij altijd in een Angelsaksisch systeem heeft gezeten, maar ik schrik daarvan. Wat hebben we nou van die financiële crisis geleerd, vraag ik me af.” MINDER SOCIAAL “Sinds ik ben gaan schrijven, krijg ik wel eens mailtjes van mensen uit de advocatuur die koffie willen drinken; ze willen ‘iets anders’, maar weten niet hoe ze dat voor el- kaar moeten krijgen. Ik heb ook geen idee natuurlijk, maar ik raad mensen – vooral vrouwen – wel altijd als eer- ste aan omminder sociaal te worden. We leven in een we- reld waarin sociaal gedrag wordt beloond, of dat nu met likes op Facebook is of met een promotie op kantoor. Als je je op dagelijkse basis steeds conformeert, wordt het erg moeilijk om een drastische stap te zetten. Minder sociaal betekent niet onaardig zijn, maar je niet conformeren aan zaken waarvan je intrinsiek betwijfelt of ze zinnig zijn – groot én klein. “We dwepen met zogenaamde ‘gekke geesten’ als Steve Jobs, maar ondertussen creëren veel bedrijven een kan- toorcultuur met conformisten. Dan verandert er natuur- lijk niets. In de financiële crisis van 2008 hebben advoca- ten en juristen ook een rol gespeeld. Ook zij hebben een hand gehad in het opblazen van het systeem. Is er sinds- dien iets veranderd? Nee. Het gaat weer goed in de busi- ness en de fusieadvocaten trekken weer aan de touwtjes. Maar het merendeel van dat werk wordt gedaan door jon- ge mensen en straks door kunstmatige intelligentie. Dat betekent dat de voorhoede, de partners en medewerkers, zich zou kunnen bezighouden met belangrijker zaken en een visie voor de toekomst zou kunnen ontwikkelen.” SLEUTELPOSITIE “Door het onderzoek voor mijn boek ’t Hooge Nest heb ik an- dermaal geleerd dat de maatschappelijke voorhoede van de samenleving tijdens de bezetting geen lovenswaardige rol heeft gespeeld; de hogere ambtenarij, het notariaat, het bedrijfsleven… Ook na de oorlog is er nauwelijks reflectie geweest op de rol die mensen in de oorlog hebben gespeeld. Hetzelfde gebeurde na de financiële crisis. En dat terwijl we in een wereld leven die fundamenteel in transitie zit. We maken een sprong richting rechts populisme, de ver- vuiling is amper te beteugelen, een klasse van steenrijken domineert, een handjevol techbedrijven weet alles van ons en we doen niets. We hebben onze innerlijke moraal geëx- ternaliseerd; het kader van de wet is de enige grens. Kan het, dan doen we het. Als zich dertig jaar geleden een puis- sant rijke Russische cliënt meldde, was er altijd wel een compagnon die zei: dat doen we niet. Dat zul je tegenwoor- dig niemand meer horen zeggen. We laten uitzoeken waar het geld vandaan komt, en als dat een beetje netjes te tra- ceren is, prima. We hebben onze persoonlijke moraal in dat opzicht gesplitst van de bedrijfsmoraal. We leren onze kinderen dat ze niet mogen liegen, niet vals mogen spelen, hun snoep moeten delen, niet mogen vreemdgaan, en ver- volgens gaan we naar kantoor en hangen we die individue- le moraal aan de kapstok. We nemen een systeemmoraal aan die niets meer te maken heeft met wie wij als mens zijn. Iemand kan naar de kerk gaan en ondertussen woe- kerhypotheken aan bijstandsmoeders verkopen. “Dat is mijn boodschap, ook als ik lezingen geef: wij zijn de voorhoede. Wij, advocaten, juristen, schrijvers, jour- nalisten, hebben een bevoorrechte positie. We hebben gestudeerd en zitten op sleutelposities in de samenle- ving. Met die positie komt ook een verantwoordelijkheid. Om die verantwoordelijkheid waar te maken, moeten mensen weer echt leren nadenken. Durven nadenken. Dus: ga eens niet een weekend naar New York, maar lees drie dagen lang een stapel boeken waardoor je anders naar een arrest gaat kijken. Of naar de wereld.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=