Mr.

Mr. 6 2019 / 37 DRIE ADVOCATEN OVER HET CBB: ‘CLIËNTEN WORDEN ECHT GEHOORD’ Martijn van de Hel (Maverick Advoca- ten, Amsterdam) : “Ik ben heel positief over de kwaliteit en deskundigheid van de rechters bij het CBb. Mijn ervaring is – en ik kom er regelmatig – dat ze goed zijn in- gelezen en kritisch toetsen of de Autoriteit Consument & Markt zijn werk goed heeft gedaan. Ik heb al een paar keer gedacht: ‘Ze kennen het dossier nog beter dan ik’. Cliënten krijgen bij zittingen het gevoel dat ze worden gehoord en gezien, en dat is niet bij iedere rechterlijke instantie zo. Een cliënt zei ooit na een zitting: ‘Als we hier verliezen, dan hebben we gewoon geen gelijk’.” Jacoline Kroon (A&S Advocaten, Wage- ningen): “Mijn erva- ringen met het CBb zijn nagenoeg altijd goed. Het CBb be- reidt zittingen goed voor. Het kent het dossier en pluist in- gewikkelde Europese verordeningen met bijbehorende Europese jurispru- dentie en wetsgeschiedenis goed uit. Het CBb geniet autoriteit en is kritisch, ook tegen de Staat, die altijd wederpartij is. Memorabel was de strenge toon van raadsheer Ron Stam, die de ambtenaren van LNV in- dringend toesprak bij een voorlopige voorziening: ‘Als u voor volgende week geen besluit kunt nemen namens de minister, laat ik haar persoonlijk hier naartoe ko- men. En ik meen het!’ “De kritische houding naar beide partijen en de des- kundigheid van de materie maken dat mijn klanten na afloop van de zitting het gevoel hebben dat zij echt zijn gehoord. Ook een negatieve uitspraak kan dan ac- ceptabel zijn, hoewel de uitspraak over de fosfaatrech- ten en de inbreuk op het eigendomsrecht moeilijk te verteren blijft.” Maurice Stassen (Linssen SC Advoca- ten, Tilburg): “De bejegening vanuit het CBb is altijd cor- rect, met respect voor alle deelnemende partijen. Prettig is vooral de aanpak tij- dens zittingen. Door snel tot de kern door te dringen en overbodige zaken meteen aan het begin af te kaarten, wordt vlot bepaald waarover de zaak nu eigenlijk gaat. Daardoor ontstaat ruimte om te discussiëren over de onderwerpen die er echt toe doen. “Kenmerkend voor het CBb is ook dat het niet schroomt om de overheid aan te pakken. Een voorbeeld hiervan is dat een lid van het CBb in een procedure van een cli- ënt tegen de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland vroeg hoe dit soort (oneerlijke) besluiten kunnen wor- den genomen, terwijl men pretendeert een Rijksdienst vóór Ondernemend Nederland te zijn. “Het CBb is deskundig op moeilijke, specifieke rechts- gebieden, zodat cliënten zich gehoord weten door ter- zake deskundigen.” Simons. “Qua digitalisering zijn we nergens. Bij het fos- faatproject zou het erg hebben geholpen.” Waarom het misliep, volgens Simons? Geld was het pro- bleem niet, wel dat de Rechtspraak te veel ambitie had, te weinig specifieke kennis en te gemakkelijk achter externe bureaus aanliep, verklaart hij. En het werd te ingewik- keld gemaakt waarbij te veel tegelijk moest gebeuren. “Nu gebeurt het stapje voor stapje. We realiseren ons veel beter wat kan en wat niet. Als het goed is kunnen vanaf komend voorjaar stukken digitaal bij het CBb worden in- gediend. Die gaan we dan ook digitaal verwerken. Als dat juristen van de Raad van State werden ingeschakeld. “Een mooie manier van samenwerken”, zegt Simons. DIGITALISERING Wat bij het College tot veel minder inspanning heeft ge- leid, is KEI, het inmiddels afgedankte digitaliseringspro- ject van de Rechtspraak. Omdat het CBb toch zou worden opgeheven, was het niet nodig te investeren in de voorbe- reiding. En toen de opheffing van het CBb niet doorging was al snel duidelijk dat de Rechtspraak de stekker uit KEI zou trekken. “Heel erg jammer dat het zo is gelopen”, zegt INTERVIEW

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=