Mr.

Mr. 7 2019 / 11 Als advocaat op enige afstand van de zit- tingszaal nog een praatje maken, terwijl je zaak elk moment kan worden uitgeroepen? Niet verstandig: voor je het weet heb je een verstek aan je broek, blijkt uit een arrest van de Hoge Raa d (ECLI:NL:HR:2019:1415). V olgens de advocaat stond de behandeling van zijn zaak bij het Bossche hof gepland op 5 oktober 2017 om 15.00 uur. “Na aankomst in het paleis van justitie heb ik mij gemeld bij de bode”, schrijft hij in de cassatieschriftuur. De bode zette vervolgens een vinkje achter de naam van de cliënt en verwees de raadsman naar de zittingszaal. Daar trof hij een confrère, die ver- telde dat hij op hetzelfde tijdstip in dezelfde zaal ook een zaak had, maar dat de behandeling van eerdere zaken uitliep. De advocaat zegt dat hij heeft gewacht voor de zittingszaal en na 15.00 uur nog heeft gebeld met een kantoorgenoot. “Daarna zag ik een an- dere kantoorgenoot onderaan de trap staan. Ik ben naar hem toe gelopen en heb luttele minu- ten met hem gesproken.” Vervolgens is hij te- ruggegaan naar de plek voor de zittingszaal. Tot zijn schrik merkte de raadsman dat zijn colle- ga-advocaat die ook een zitting om 15.00 uur had, in de zaal al bezig was met de behandeling van diens zaak.“De bode vertelde mij dat hij mijn zaak reeds had uitgeroepen en de enkelvoudige kamer deze vervolgens ook heeft behandeld. Het verzoek om de zaak nogmaals te behandelen na de zitting van mijn confrère, werd afgewezen.” In cassatie koos advocaat-generaal Taru Spron- ken de kant van de onfortuinlijke advocaat. Maar de Hoge Raad is onverbiddelijk: “Het mid- del berust op de opvatting dat de enkele omstan- digheid dat de raadsman van de verdachte niet ter terechtzitting in hoger beroep was versche- nen, het Hof verplichtte tot een onderzoek naar diens afwezigheid. Die opvatting vindt geen steun in het recht”, meent de Hoge Raad met verwijzing naar een arrest uit december 2003 (ECLI:NL:HR:2003:AM0201). De rechter had wel het onderzoek ter terechtzitting kunnen onder- breken om de advocaat te bellen, vindt de Hoge Raad. Maar het hóeft niet. Advocaten reageerden op Twitter verontwaar- digd op het arrest van de Hoge Raad. Rogier Hörchner (Hörchner Advocaten) trekt er een les uit: “Bizar. Leermomentje. Je moet hier onmid- dellijk een punt van maken. Ter plekke en bin- nen een uur een fax eroverheen.” (PL) Notarissen uit Europa, waaronder Neder- landse, gaan adviseren over een ‘digitaal Eu- ropa’, omdat de plannen ook relevant zijn voor het notariaat. D e Europese Commissie vindt dat Europa meer collectief moet investeren in de nieuwste technologieën die betrekking hebben op gege- vensbehandeling, cyberveiligheid en artificial intelligence. De commissie heeft daarom een Digitaal Europa-programma voorgesteld. De nieuwe projecten gaan onder meer over grensoverschrijdende verbindingen, zoals de di- gitale uitwisseling van documenten, maar ook zaken als de digitale handtekening, digitale ver- zending en digitaal archiveren. Allemaal kwes- ties waarmee ook het notariaat te maken krijgt. Daarom heeft het bestuur van de Raad van nota- rissen in Europa (CNUE) besloten de CNUE- Werkgroepen Vennootschapsrecht, IT en Vast- goed te vragen een gemeenschappelijke reactie namens het Europees notariaat voor te bereiden. De Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie is vertegenwoordigd in deze werkgroepen. MEEDOGENLOOS VERSTEK VOOR ADVOCAAT NOTARISADVIES OVER DIGITAAL EUROPA ‘KANTONRECHTER MOET VERANDEREN IN NABIJHEIDSRECHTER’ Het Utrechtse Montaigne Centrum voor Rechtsstaat en Rechtsple- ging en de Katholieke Universiteit Leuven onderzochten de inpas- baarheid van de vrederechter in het Nederlandse rechtsbestel. In hun rapport Naar een nabij- heidsrechter? constateren de on- derzoekers dat de Belgische vrederechter pragmatischer, infor- meler en oplossingsgerichter te werk gaat dan de kantonrechter. Het zou goed zijn om de bestaan- de kantonrechter als vertrekpunt te nemen en diens aanpak en praktijk in een aantal stappen bij te stellen ‘in de richting van de uit de Belgische vrederechter afge- leide beoogde wenselijke situatie’. De invoering van een nabijheids- rechter kan volgens de onder- zoekers een belangrijke bijdra- ge leveren aan het realiseren van maatschappelijk effectieve recht- spraak. In een brief aan de Tweede Kamer schrijft minister Dekker (Rechts- bescherming) dat het nog te vroeg is om keuzes te maken over lan- delijke invoering van een nabij- heidsrechter, maar óók dat hij “de uitkomsten van het onderzoek als steun in de rug voor de reeds in gang gezette ontwikkelingen ziet.” ADVOCATUUR RECHTSPRAAK GA VOOR ACTUEEL JURIDISCH NIEUWS EN UITGEBREIDERE VERSIES VAN DEZE BERICHTEN NA AR WWW.MR-ONLINE.NL Minister Dekker (m) bezocht in april de Belgische vrederechter

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=