Mr.

Mr. 7 2019 / 75 DIGITAAL Een jaar of vijf geleden begon de wereld van analoog naar digitaal te bewegen. Van Heukelom: “Een cliënt zei: ‘Ik zie allerlei wetgeving over digitalisering van de overheid, zo- als de Wet generieke digitale infrastructuur. Er komt veel op ons af. Kun je dat niet eens in kaart brengen, zodat wij weten wat ons te wachten staat?’ Dat zoeken we even uit, dacht ik, en vroeg een medewerker daar naar te kijken. Die kwam na twee weken zwetend haar kamer uit. Ze had meer dan veertig wetsvoorstellen geïdentificeerd die iets te maken hadden met overheidsinformatie en digitali- sering.” De ontdekking van al die wetsvoorstellen bracht Van Heu- kelom tot het inzicht dat er een belangrijke transformatie gaande was naar digitalisering. En dat de daarbij benodig- de transparantie en privacy moeilijk samengaan. “Daar wilden we wat mee doen”, vertelt ze. “Om onze inzichten te delen en samenhang te laten zien, zijn we een soort roadshows gaan geven. Niet alleen bij overheidsorganisa- ties, maar ook bij private partijen. Dat was de eerste stap naar de oprichting van onze sectie Innovation, Privacy & Technology. Technologie is een omhulsel rond datasets die steeds relevanter worden, en we beseften dat die data- structuren juridisch compliant moesten zijn.” EXPERTS Van Heukelom verzamelde een team van specialisten uit verschillende rechtsgebieden, gecentreerd rond nieuwe technologieën. “Elke keer als er iets nieuws komt, vraag ik aan mijn teamleden: hoe kijk jij daar tegenaan, waar zie jij uitdagingen vanuit jouw vakgebied? Zo krij gen we een overzicht vanuit de verschillende rechtsgebieden.” Daar- voor is natuurlijk wel nodig dat de advocaten die nieuwe technologieën begrijpen, en daar nodigen ze technische experts voor uit. “Na een lange zoektocht hebben we een aantal mensen gevonden die weten hoe ze ons daarin moeten meenemen. We organiseren wat wij deep-dive- ses- sies noemen, die soms een paar dagen duren. Een grote cliënt, met veel klantencontacten, wilde een algoritme in- zetten om een specifieke doelgroep vroegtijdig te kunnen herkennen. De vraag van de cliënt aan ons: hoe kunnen we dat prudent en transparant doen, met respectering van de privacy? Het algoritme was in dit geval een niet-zelflerend stappen- plan dat op basis van data resultaten gene- reert aan de hand van een vooraf ingestelde analyse. In zo’n geval maken we samen met de innovatieafdeling van de cliënt eerst een beschrijving van het systeem, zodat we een gedeelde werkelijkheid hebben. Dan maken we de analyse aan de hand van juridische normen. Daarbij dienen de klassieke juridi- SENIOR/JUNIOR sche leerstukken als kompas. Ik vind het fantastisch om die nieuwe technologische wereld samen te brengen met de juridische wereld.” De advocaten schuiven aan bij de innovatieafdeling om een en ander juridisch compliant te maken, of ze schuiven bij de juridische afdeling aan om te helpen het juridische in- strumentarium in te zetten voor innovatie. Kennis van de technologische ontwikkelingen is daarbij een voorwaarde, net als tijdigheid. “Je wilt meedenken, en niet aan het eind van het traject een showstopper zijn”, zegt Van Heukelom. Plaizier vult aan: “Hoe eerder je met de techneuten aan tafel zit, hoe beter. Dan word je een enabler en kun je veel meer bij- dragen. Door contact met techneuten ver- groot je je toolbox, omdat je het juridische met het technische kunt aanvullen. Maar we hebben natuurlijk een bepaald uurtarief en niet iedereen ziet het belang van het tij- dig erbij halen van de juridisch specialis- ten. Langzamerhand wordt men zich meer bewust van de risico’s. Dat komt onder “HOE EERDER JE MET DE TECHNEUTEN AAN TAFEL ZIT, HOE MEER JE KUNT BIJDRAGEN”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=