Mr.
MR. 7 2020 / 9 Ga voor actueel juridisch nieuws en uitgebreidere versies van deze berichten naar www.mr-online.nl DE OPVOLGER VAN KEI LOOPT ZICH WARM Eind 2024 moet digitaal procederen mogelijk zijn voor alle 900.000 rechtszaken op het gebied van civiel en bestuursrecht. Dat is de ambitie van het project Digitale Toegankelijkheid van de Raad voor de rechtspraak. In tussentijd wordt de mogelijk - heid voor digitaal procederen stapje voor stapje ingevoerd binnen zaakstromen en gerechten. Digitale Toegankelijkheid (DT) is de opvolger van het geflopte digitaliseringsproject Kwaliteit en Innovatie (KEI). De belangrijkste les van KEI is dat je niet te veel tegelijkertijd moet willen, zegt Eddie Bongers. Hij is voorzitter van de stuurgroep die het project DT in goede banen moet leiden. Bij DT gaat het om digitaal procederen, bijvoorbeeld het indienen van zaken en de uitwisseling van pro- cesstukken. KEI had grotere ambities. Bongers: “Niet alleen voor digitaliseren, maar ook voor auto- matiseren. Het systeem moest taken overnemen, bijvoorbeeld de rekening voor het griffierecht ver - sturen.” KEI moest onder meer ook zorgen dat ad- ministraties helemaal digitaal konden werken en ook dat rechters en juridisch medewerkers zaken digitaal konden behandelen. “Dat moest allemaal tegelijkertijd, en dat lukte niet”, aldus Bongers. TE VOORZICHTIG De Rechtspraak heeft DT voorgelegd aan het Bureau ICT Toetsing (BIT), dat digitaliseringsprogramma’s van overheidsorganen beoordeelt. BIT vindt dat de Rechtspraak in reactie op het mislukken van KEI te voorzichtig is geworden. “BIT zegt dat we erg ruim hebben begroot”, verklaart Bongers. “Dat hebben we bewust gedaan, om ook voorbereid te zijn op het worst case scenario.” Ook met de maatschappelijke baten was DT minder ambitieus dan BIT wenselijk vindt. “We starten met zaakstromen van 30.000 za- ken. Volgens BIT mag het best ambitieuzer.” DT kijkt nu naar aanpassing van het programma. Een andere les uit KEI is de keuze voor de techniek. Het digitale systeem van KEI werd niet meer door- ontwikkeld door de leverancier. Om niet afhankelijk te zijn van één leverancier is DT opgebouwd met componenten. BIT heeft geadviseerd te kijken of DT al die componenten nodig heeft. (PL) nieuws De Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie verzet zich tegen de inperking van het wettelijk fiscaal verschoningsrecht. In een brief aan staatssecretaris Vijlbrief (Financiën) schrijft de KNB dat de beperking van het verschoningsrecht onnodig en dispro- portioneel is. Volgens KNB-voorzitter Nick van Buitenen valt bijna al het werk van de notaris buiten het fiscaal ver - schoningsrecht als de staatssecre- taris zijn zin krijgt. In de brief schrijft Van Buitenen dat de Belas - tingdienst al veel mogelijkheden heeft om informatie op te vragen bij belastingplichtigen. Net als de staatssecretaris vindt de KNB dat het verschoningsrecht niet mag niet leiden tot misbruik. Maar het kan vanwege het maatschappelijk belang niet zomaar worden in - geperkt, vindt Van Buitenen. Het is volgens hem onjuist het ver - schoningsrecht ten opzichte van de Belastingdienst als iets bij - zonders te zien: “Het verschoningsrecht is gebaseerd op een algemeen rechtsbeginsel, dat onafhankelijk van een specifiek rechtsgebied gelding heeft.” Het conceptwetsvoorstel beperkt het verschoningsrecht van de no- taris tot de werkzaamheden genoemd in de procesvrijstelling van artikel 1a lid 5 van de Wet ter voorkoming van witwassen en finan - cieren van terrorisme (Wwft). De toelichting duidt deze werkzaam- heden aan als de normale of eigenlijke werkzaamheden van de no - taris, maar dit zijn juist werkzaamheden die de notaris normaal gesproken niet verricht, meent Van Buitenen. “Door de vrijstellings - bepaling in de Wwft als basis te gebruiken voor de uitwerking van het wettelijk fiscaal verschoningsrecht valt vrijwel het gehele werkterrein van de notaris niet meer onder het wettelijk fiscaal verschoningsrecht.” Dat kan volgens de KNB niet de bedoeling zijn. Verduidelijking van het verschoningsrecht van de notaris in de fis - cale wetgeving zou op dezelfde wijze moeten worden geregeld als in het Wetboek van Straf- vordering, aldus de KNB. Daarbij kan volgens de KNB worden volstaan met codificatie van de huidige jurisprudentie van de Hoge Raad. Eerder luidde de Neder- landse Orde van Advoca- ten (NOvA) al de nood- klok over het wetsvoorstel. ‘VERSCHONINGSRECHT INPERKEN DISPROPORTIONEEL’ Nick van Buitenen
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=