Mr.

MR. 4 2021 / 47 privacyrecht T oen advocaat en wetenschap- per Gerrit-Jan Zwenne in 2000 aan een uitgever voorstelde om een bundeltje over privacyrecht maken, kon hij niet op veel en- thousiasme rekenen. “Daar is weinig be- langstelling voor”, kreeg hij te horen, “schrijf maar een boek over telecom- recht.” Een paar jaar geleden is het ‘bun- deltje’ er toch gekomen: het werd een fors naslagwerk, dat loopt als een tiere- lier (inmiddels toe aan de zoveelste/ze- vende druk). “Privacy is een belangrijk rechtsgebied geworden”, aldus Zwenne. Hij is partner bij Pels Rijcken en hoogle- raar Recht en de informatiemaatschappij “DE NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN MOET MEER AANDACHT HEBBEN VOOR CYBERSECURITY” aan de Universiteit Leiden. “Vroeger werden we als privacyadvocaten altijd een beetje weggestopt in de ict-sectie, nu is privacyrecht een eigen praktijk.” Hij benadrukt dat het rechtsgebied meer omvat dan ict-recht, omdat het ook van toepassing is op papieren dossiers. Elisabeth Thole, partner bij Van Doorne, zegt dat je het vakgebied alleen kunt be- oefenen als je je daar volledig op focust. “Alleen op die manier kun je het juiste advies geven, omdat je dan alle ontwik- kelingen goed volgt.” VEEL WERK Volgens Olaf van Haperen, partner bij Eversheds Sutherland, heeft de komst van de AVG heel veel werk opge-

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=