Mr.
MR. 1 2022 / 43 “WE MOETEN BURGERS NIET ALLEEN IN DE ZITTINGSZAAL LATEN ZIEN WAT WE UITSPOKEN” andere feiten wegmoffelt, “in de hoop dat bepaalde onwelgevallige feiten zo niet of minder prominent de media ha- len”. Hij geeft het voorbeeld van een be- richt over een tbs’er die wordt aangehou- den voor een misdrijf. Noyon: “Dat zou tot opschudding kunnen leiden. Dus brengt het OM dit zelf op een gunstig moment, in combinatie met positief nieuws waarin de boodschap kon wor- den verpakt: het bevel gevangenhou- ding. Zo werd het tbs-verhaal wegge- moffeld.” Hij wil dit geen ‘spinning’ en ‘framing’ noemen omdat die begrippen in zijn optiek geen duidelijke betekenis hebben. Hij voegt daar expliciet aan toe dat hij het OM nooit heeft horen liegen. Noyon vindt dat het OM zich niet zou moeten laten leiden door wat ‘het best gelezen’ wordt. Views en likes mogen nooit het richtsnoer zijn van het OM, meent Noyon. OPENBAARHEID XL Hoofdofficier Diederik Greive vindt he- lemaal niet dat het OM de burger naar de mond praat en daarmee de eigen gezagspositie op spel zet. “Noyon gaat uit van de klassieke openbaarheid rond de opsporing en de zitting”, betoogt Greive. “En dat is niet gek, want hij is jurist, geen communicatiewetenschap- per. We leven in een tijd van ‘openbaar- heid XL’ waarin we te maken hebben met beelden en teksten op social media waar bepaalde doelgroepen actief zijn. Die willen we ook bereiken met onze boodschap.” Views en likes betekenen voor Greive juist dat bepaalde doelgroepen de bood- schap hebben ontvangen, en daarop kunnen reageren. “Juist door openbaar- heid XL versterken we onze positie om- dat we zichtbaarder worden. Ik heb de plicht om aan burgers te laten zien wat we uitspoken, niet alleen in de zittings- zaal.” Hij is het met Noyon eens dat het OM zich bij het informeren van de burger niet moet richten op vermaak. “Het doel is het voorlichten van de burger zodat die weet wat we aan het doen zijn en dat ook kan toetsen. Dat is iets anders dan amuseren.” Het voorlichtingsbeleid inzetten voor de eigen reputatie? “Ik zie dat niet zo”, ver- klaart Greive. “De manier waarop we de burger informeren, moet bijdragen aan het vertrouwen in het OM. Maar ver- trouwen is iets heel anders dan reputa- tie. Bij reputatie denk ik aan marketing- achtige dingen. Soms geven we informatie die onze reputatie niet ten goede komt.” Over de door Noyon genoemde spin- ning en framing houdt Greive zich op de vlakte: “Het verdraaien van de waarheid past ons niet.” Maar hij zegt ook: “Dat informatie altijd in een kader wordt ge- plaatst is logisch, want informatie zon- der context is vaak waardeloos.” Het combineren van een misdrijf van een tbs’er met het bericht over diens gevan- genhouding? Niks mis mee, vindt Greive. “Ik vind de gevangenhouding in deze context belangrijke informatie voor de burger.” Greive verwerpt Noyons verwijt dat het OM het verhitte debat over misdaad en straf juist aanjaagt en daardoor verwach- tingen wekt die het strafrechtsysteem niet kan waarmaken. “Bij het onderzoeken en vervolgen van ernstige misdrijven is het gebruik van zware taal vaak onvermijde- lijk”, meent de hoofdofficier. “Misschien communiceerden we vroeger heel juri- disch, maar tegenwoordig gebruiken we duidelijke taal, en geen toverformulerin- gen, juist om een zo groot mogelijke doelgroep op een begrijpelijke manier te informeren. Dat blijven we doen.” BURGERFORA Een van de andere middelen van het OM om het publiek te informeren, en deels ook te raadplegen, zijn de – inmiddels opgeheven – burgerfora. Gewone burgers konden met officieren van justitie praten openbaar ministerie Lucas Noyon (Universiteit Leiden) Diederik Greive (Openbaar Ministerie)
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=