MR. 3 2023 / 19 SNELRECHT snelrecht Snel op de hoogte zijn van actuele ontwikkelingen in het recht? Ook daarvoor kunt u in Mr. terecht. In de rubriek Snelrecht belichten vooraanstaande juristen periodiek de ontwikkelingen op hun rechtsgebied. Hier samenvattingen van de bijdragen die de afgelopen tijd op de site verschenen. De uitgebreide versies én nieuwe bijdragen kunt u vinden op www.mr-online.nl/overzicht-snelrecht/ STRAFRECHT Het ondervragingsrecht van belastende getuigen is een fundamenteel recht op basis van artikel 6 EVRM, wat mede blijkt uit een aantal door het Europese Hof voor de Rechten van de mens geconstateerde schendingen. Toch krijgt de verdediging het verwijt dat zij dat ondervragingsrecht enkel aangrijpt als vertragingstactiek, schrijft Patrick van der Meij (Cleerdin & Hamer/ Universiteit Leiden). TUCHTRECHT De Beleidsregel Toezicht Wwft voor advocaten lijkt niet helemaal uitgekristalliseerd te zijn, stellen Suzanne Hendrickx (Advius) en Bas Martens (Delissen Martens). Kleine advocatenkantoren die veel Wwft-zaken doen hoeven geen compliance- en auditfunctie te hebben. Ieder kantoor met tenminste één Wwft-zaak moet zijn medewerkers VOG’s laten opvragen. Zijn afwijkingen nog mogelijk? ONDERNEMINGSRECHT Chris van Oostrum (Universiteit Leiden) gaat in op het voorstel van de Europese Commissie voor een Green Claims Directive. Dit richtlijnvoorstel beschermt consumenten tegen misleidende groene claims en labels.De conclusie van Van Oostrum: “Het is de Commissie ernst om greenwashing te bestrijden. Wanneer het Europese wetgevingstraject succesvol is doorlopen, zal deze richtlijn het nodige van ondernemingen vragen. Het devies is daarom: if you talk the green talk, you better walk the green walk.” In de lagere rechtspraak en de literatuur werd al langer aangenomen dat het voor het aanmerken van iemand als feitelijk beleidsbepaler als bedoeld in artikel 2:138/248 lid 7 BW voldoende is dat de formele bestuurder(s) diens optreden hebben gedoogd. Of zij ook feitelijk terzijde zijn gesteld – wat dit ook moge inhouden – is van minder gewicht. De Hoge Raad heeft dat ruime standpunt nu onderschreven, aldus Steef Bartman (Bartman Company Law/Universiteit Maastricht) naar aanleiding van een recente uitspraak. FINANCEEL-ECONOMISCH STRAFRECHT Als een bank verneemt dat een klant verdacht wordt van een financieel-economisch feit, zal hij de klantrelatie willen beëindigen om eigen risico met betrekking tot reputatieschade of risico’s voor eigen strafbaarheid te vermijden. De enkele verdenking van betrokkenheid bij een strafbaar feit van de klant biedt hier echter niet voldoende grondslag voor, schrijft Sabine Pijl (Cleerdin & Hamer Advocaten) naar aanleiding van een vonnis van de rechtbank Amsterdam. MEDEDINGINGSRECHT Martijn van de Hel (Maverick Advocaten) schrijft over het oordeel van het Hof van Justitie dat een nationale mededingingsautoriteit een fusie of overname die niet onder het Europese of nationale concentratietoezicht valt, achteraf als misbruik van economische machtspositie kan kwalificeren. “Mededingingsautoriteiten hebben hiermee een extra middel om transacties te verbieden die de concurrentie beperken.” FINANCIEEL RECHT De risico’s en gevolgen van un- bankability worden meer en meer door rechters onder ogen gezien. Het uitbannen van contant geld en de tendens bij banken hun risico’s uit te sluiten in plaats van te beheersen, krijgen ook in de jurisprudentie terecht steeds meer aandacht, aldus William Schonewille (BarentsKrans) naar aanleiding van een arrest van het gerechtshof Amsterdam. Het hof oordeelt dat omdat er geen acuut en onacceptabel gevaar bestaat voor illegale (witwas) activiteiten, een rekening-
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=