MR. 4 2023 / 57 rechtspraak FUNDAMENTEN Volgens Peters kun je zodra je een buitenlandse rechtszaal binnenloopt de fundamenten van het betreffende strafsysteem zien. Alleen al aan de plaatsing van het Openbaar Ministerie ten opzichte van de verdediging kun je veel aflezen, die maakt duidelijk of het om een inquisitoir of adversair strafsysteem gaat. “De traditioneel Europese systemen zijn inquisitoir; de verdachte is een soort object van onderzoek en daar is eigenlijk het hele strafsysteem op gebouwd. De officier van justitie staat boven de verdachte, dat zie je aan zijn plek vlak naast de rechters. Bij het adversaire model, zoals in Engeland, de Verenigde Staten en andere common-lawlanden, gaat het in feite om een partijenproces. Dat zie je bijvoorbeeld in de Old Bailey, daar zit de advocaat naast de verdachte, dan heb je een gangpaadje en daarnaast zit op dezelfde rij de aanklager, tegenover de rechters. Zoals je het vaak in films ziet.” FASHIONISTA Wat Peters als rechtsvergelijker ook interesseert, zijn de verschillen tussen landen. Het gaat overal weer net wat anders toe. “Neem Italië − daar hebben ze bij heftige zaken in de rechtszaal een soort gevangenisje waar de verdachte in zit, zo’n kooi. Binnen het land zelf zie je ook allerlei verschillen. In het noorden is het allemaal net iets strakker geregeld. In het zuiden gaat het een stuk chaotischer; advocaten lopen er in en uit. In Palermo moesten we als publiek eens zelf stoelen uit de gang aanslepen. Ze respecteren overal de procesregels, maar hoe zuidelijker je komt, hoe meer barok je ziet. In de gebouwen, maar ook bij de procesdeelnemers. Ze zijn er wat losser.” Peters herinnert zich een zitting op een hete dag bij de Camera penale van de Tribunale in Napels. “De voorzitter had haar toga als een omslagdoek over haar schouder gedrapeerd, flink lippenstift op, alsof ze een fashionista was. Ik heb er ook weleens een rechter met glitterschoenen onder haar toga gezien.” Soms zijn er zelfs grote contrasten binnen één gebouw. “In het Assisenhof in Parijs woonde ik eerst een zitting bij in een enorm imposante zaal. Drie beroepsrechters, juryleden erbij. Het ging er zeer formeel aan toe. Later op de ochtend was ik iets verderop in een soort klaslokaal bij een zitting waar ze procesafspraken aan het maken waren. Er was geen publiek, alleen verdachten en advocaten, in rijen opgesteld. Elke tien minuten werd een nieuwe verdachte naar voren geroepen en dan werd de gemaakte afspraak even doorgenomen. Als de rechter dat akkoord vond rolde de uitspraak uit de printer, werd ondertekend en konden verdachte en advocaat weer gaan.” CONTEXT De buitenlandse zittingen zijn heel nuttig voor haar werk, zegt Peters. “Je kunt niet over een vreemd rechtsstelsel schrijven of er een oordeel over geven als je er nog nooit iets van hebt gezien vind ik. Dan mis je toch een bepaalde context. Het is ook goed voor je netwerk. Ik ben wel brutaal en stap op mensen af, vraag bijvoorbeeld aan een advocaat op de gang waarom iets op een bepaalde manier gaat. Bij rechters en officieren doe je dat niet zo snel.” Grinnikend: “Ik sprak een keer in Duitsland een paar lekenrechters aan. Die begonnen enthousiast Laura Peters in een van de zittingszalen in de rechtbank in Napels “IK HEB IN NAPELS WELEENS EEN RECHTER MET GLITTERSCHOENEN ONDER HAAR TOGA GEZIEN”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=