MR. 6 2023 / 61 kantoorhonden “JE MOET ER WEL REKENING MEE HOUDEN DAT SOMMIGE MENSEN BANG ZIJN VOOR HONDEN” GEMOEDELIJKE SFEER Nog drukker is het bij Corten De Geer Vastgoedadvocaten (Amsterdam), met zes kantoorhonden: Polly en Rakker (beide gemengd ras), Henk (Mechelse herder), Sgt. Pepper en Poes (beide ruwharige dwergteckels) en Leo (Rhodesian Ridgeback). En dat gaat goed, zegt Jeroen Groenewoud. Hij is sinds twee maanden in dienst en nam toen Leo mee. “De meeste honden kunnen goed met elkaar opschieten en zijn sociaal. De meeste medewerkers zijn dol op de honden. Alleen de schoonmakers niet.” Honden zorgen voor een gemoedelijke sfeer op kantoor, zegt Groenewoud. “Je komt nog eens buiten om een rondje te lopen. En iedereen krijgt zo nu en dan bezoek van een van de honden en dat zorgt ook weer voor ontspanning op de werkvloer.” Van cliënten krijgt het kantoor alleen maar positieve reacties. “Er reageerde iemand op een LinkedIn-post waarin Leo en ik welkom werden geheten met de boodschap dat hij ook maar een hond moest nemen, zodat hij ook bij ons kon komen werken.” Het enige nadeel van een kantoorhond is “dat je ook naar buiten moet als het regent”. En: “Een van de honden heeft eens aan een kunstwerk geknabbeld. Dat vonden we op kantoor niet leuk, maar de kunstenaar zelf kon er gelukkig om lachen.” De kosten van de honden (voeding, dierenarts) drukken niet op de kantoorbegroting, dat wordt door de baasjes zelf betaald. “Kantoor betaalt alleen het water dat de honden drinken”, zegt Groenewoud. GESOCIALISEERD Niet voor elk kantoor is een kantoorhond geschikt, denken de baasjes. “Bij een goede samenwerking moet er een klik zijn vanuit beide kanten”, zegt Brugman. “De hond moet kwaliteiten hebben – lief en rustig zijn, niet blaffen, niet springen – en de werkgever en andere collega’s moeten beschikken over een beetje liefde voor honden.” Bremen is voorstander van een hond op kantoor, “maar het moet wel een hond zijn die past binnen zo’n setting. Hij moet rustig zijn, vriendelijk voor mensen en vooral heel goed luisteren.” Een hond moet goed gesocialiseerd zijn, vindt Mols, en mag nooit een gevaar zijn voor vreemden. “Je moet er rekening mee houden dat sommige mensen angst hebben voor honden, dus ze moeten ook kunnen worden afgezonderd. Verder is het belangrijk dat de hond niet continu aandacht vraagt, er moet natuurlijk wel gewerkt worden.” Arbeidsrechtadvocaat Van den HeuvelRijnierse kiest voor een meer juridische benadering. “Je moet rekening houden met de werknemers van het kantoor. Als een werknemer bang of allergisch is voor honden, kan het hebben van een kantoorhond in strijd zijn met de arbeidsrechtelijke verplichtingen van een advocatenkantoor, bijvoorbeeld op grond van de Arbeidsomstandighedenwet en goed werkgeverschap.” • Roef, kantoorhond van Boels Zanders, vestiging Maastricht en advocaat bestuurs- en omgevingsrecht Jan Stoop. “Roef is een dierbare kantoorgenoot die zijn baas zo nu en dan vergezelt en op gepaste wijze deelneemt aan het kantoorleven. Een vrijmibo of feestje op kantoor vindt zij heerlijk. De dan aanwezige hapjes spelen een niet onbelangrijke rol.” Izzy (Brugman Advocatuur) Marienjo Floors, Lydia van den Heuvel-Rijnierse en George (Mensch Arbeidsrecht Advocatuur)
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=