Mr.

Mr. 6 2018 / 49 OPLEIDINGEN doen van de NOvA”, zegt een woordvoerster van de Orde. “Als een opleiding zich heeft aangemeld en wordt erkend, dan voldoet zij dus aan alle voorwaarden die de NOvA stelt en kun je ervan uitgaan dat de kwaliteit voldoende is. Bovendien wordt dat tussen- tijds ook nog eens getoetst. Instellingen moeten een kwaliteitsplan hebben, evalue- ren en deskundige docenten leveren. De er- kenning vervalt als een instelling niet aan die voorwaarden voldoet. Anderzijds ervaren wij dat advo- caten ook heel professioneel omgaan met het onderhou- den van hun deskundigheid. Zo’n opleiding kost toch vrij veel geld.” Bij de NOvA heeft men zo gauw geen gegevens paraat over het aantal niet-erkende instellingen in de afgelopen ja- ren. “Het is zeker zo dat wij een trend signaleren dat vaar- digheden belangrijker zijn geworden. Je bent er niet al- leen met juridische cursussen.” Als voorbeelden noemt de woordvoerster cursussen ondernemersvaardigheden, zo- als marketing. “Maar een cursus Excel of barista zal niet door de NOvA worden erkend.” INSPIREREND VERHAAL Van der Ree zegt dat Juridisch PAO Leiden vooral eendaag- se cursussen biedt, maar dat ze bezig zijn met uitbreiding van specialisatietrajecten (de halfjaartrajecten voor exa- mens). “Elk jaar proberen we er één tot twee aan toe te voegen. We hebben al meerdere jaren arbeidsrecht, een opleiding gerechtelijk deskundige en sinds kort een oplei- ding aanbestedingsrecht en de al eerder genoemde oplei- ding jihadisme en terrorisme. Dat zijn trajecten die goed aanslaan.” Hij vervolgt: “We zijn met arbeidsrecht niet uniek, er zijn zes tot zeven aanbieders die dat traject aanbieden. Sommi- ge andere opleidingen zijn zwaarder: daar moet je voor elke bijeenkomst huiswerk inleveren. In Leiden hebben wij juist speciaal gekozen om huiswerkopdrachten niet te verplichten, maar dan wel aan het eind een mondeling examen te houden. Ter voorbereiding daarop moeten de cursisten een paper inleveren. Een variant daarop is dat zij op locatie een half uur de tijd krijgen om een casus door te nemen, waarna een commissie hen daarover bevraagt. Onze ervaring is dat die minder zware variant op prijs wordt gesteld. Het wordt als minder intensief ervaren tij- dens de opleiding.” Volgens Van Berckel Smit (OSR) is de kwaliteit van een eendaagse cursus “voor een belangrijk deel afhankelijk van de samenstelling van de groep en de kwaliteit van de docent. Ook met onze een- en tweedaagse cursussen bie- den wij diverse docenten met een inspirerend verhaal. Je ziet wel dat bij twee- of meerdaagse cursussen of leergan- gen, eventueel inclusief overnachting, je toch een heel andere interactie binnen een groep krijgt dan bij een eendaagse cursus of een dagdeel.” PUNTENJAGERS Wat betekent het grotere aanbod aan cur- sussen voor de kosten? Van der Ree: “Omdat er een groot aanbod is, proberen wij een scherp tarief neer te zetten. Wij letten daar wel op. Er zijn instituten die zitten twintig tot dertig pro- cent hoger in de prijs en daar proberen wij onder te blij- ven. De focus ligt op de kwaliteit en de prijs komt op de tweede plaats. Actualiteitencursussen proberen wij vrij scherp neer te zetten. Voor een cursus van vier uur vragen wij maximaal 300 euro. Maar er zijn instituten die voor datzelfde tijdsbestek 400 of 500 euro vragen. Het is ook afhankelijk van het aantal deelnemende docenten.” Van Berckel Smit: “Kosten spelen een rol. Dat hangt een beetje van de doelgroep af: advocaten werkzaam in de ge- financierde rechtshulp bijvoorbeeld zullen zeker naar de prijs kijken, maar willen ook goed opgeleid worden. Uit- eindelijk gaat het om het rendement van leren. Hoe kun je morgen toepassen wat je vandaag geleerd hebt?” Daarnaast signaleert hij na-ijleffecten van de kredietcri- sis. “Sindsdien worden er cursussen aangeboden voor veertig euro per punt. Die zijn meer voor puntenjagers die van acht tot negen nog even naar kantoor gaan, in een half uur naar de cursuslocatie willen rijden, drie uur in een zaaltje zitten, nog snel even een broodje meepakken en om half twee weer op kantoor zitten. Ja, die heb je ook; maar of iemand daar nou op zit te wachten… Je komt niet alleen voor de inhoud, maar ook voor het delen van kennis en ervaring met je collega’s en het uitbreiden van je netwerk. Wij geloven meer in de onderlinge interactie tussen de cursisten en een diverse samenstelling van de cursusgroep. Wij zijn misschien wel wat duurder, maar dan krijg je ook meer waar voor je geld.” Het fenomeen ‘puntenjager’ is de NOvA niet bekend. De woordvoerster: “Bij de NOvA zijn wij daar in ieder geval niet van op de hoogte. Mogelijk doet zich dat voor bij niet- erkende opleidingen, maar dat valt buiten onze beoorde- ling. Bij een erkende opleiding wordt van een advocaat verwacht dat hij volwaardig deelneemt aan de cursus, daar wordt ook op gecontroleerd. Wij herkennen ons dan ook niet in het beeld van ‘de jurist die nog snel even de puntjes wil binnenhalen’. Mochten er partijen zijn die dat wél signaleren bij door ons erkende opleidingen, dan horen wij dat graag van die partijen zelf.” Ook ziet men bij de NOvA geen correlatie tussen goedko- pere cursussen en kwaliteit. “Een lagere prijs betekent niet per definitie minder kwaliteit.” “SINDS DE CRISIS HEB JE CURSUSSEN DIE VOOR VEERTIG EURO PER PUNT WORDEN AANGEBODEN”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=