Mr.

Mr. 4 2018 / 57 AMBTENARENRECHT N ataschja Hummel is zelf een goed voorbeeld van hoe de ambtenaren- en werknemersstatus door elkaar kun- nen lopen. Eerst werkte ze op de Vrije Uni- versiteit, een instelling voor bijzonder on- derwijs. Daar was ze werknemer met een arbeidsovereenkomst. Vervolgens maakte ze de overstap naar de Universiteit Utrecht, openbaar onderwijs. “Van de ene op de an- dere dag werd ik ambtenaar, zonder dat mijn werk – onderwijs geven aan rechten- studenten, werken aan mijn proefschrift over de rechts- positie van militairen – inhoudelijk veranderde”, zegt Hummel, die arbeidsrecht doceert. EENVORMIGHEID Dankzij het initiatiefwetsvoorstel dat de Tweede Kamerle- den Fatma Koşer Kaya (D66) en Eddy van Hijum (CDA) in 2010 indienden, komt een eind aan die situatie. Op 1 ja- nuari 2020 – de datum dat de Wet normalisering rechtspo- sitie ambtenaren zou moeten ingaan – komt de principië- le gelijkstelling van de status en de rechtspositie van ambtenaren en werknemers tot stand. Werknemers heb- ben nu een (tweezijdige) arbeidsovereenkomst, ambtena- ren een (eenzijdige) aanstelling. Onder de nieuwe wet krijgen bijna alle ambtenaren een arbeidsovereenkomst, hoewel hun inhoudelijke arbeidsvoorwaarden niet veran- deren. De strikte scheiding tussen het arbeidsovereen- komst (privaatrecht) en de ambtelijke aanstelling (pu- bliekrecht) gaat verdwijnen. “We krijgen eenvormigheid in de arbeidsverhoudingen”, vat Hummel de nieuwe situ- atie samen. Wel behouden ambtenaren hun eigen status. Voor hen geldt de Ambtenarenwet nog steeds, hoewel de versie van 2017 flink is ingekort vergeleken met de‘oude’ Ambtenaren- wet – die telde nog 137 arti- kelen, de Ambtenarenwet 2017 telt er nog maar acht- tien.“Deze gaan over de grondrechten van ambte- naren – zoals de ingeperk- te vrijheid van meningsui- ting –, integriteit en de ambtseed”, aldus Hum- mel.“Maar deze kern- waarden zien we ook vaak terug in de private sector. Denk bijvoorbeeld aan de bankierseed. En ook werk- nemers kunnen worden beperkt in de vrijheid van meningsuiting.” BIG BANG De gewone ambtenaar, werkzaam bij ge- meenten, provincies, rijksoverheid en wa- terschappen, zal er weinig van merken. Op 31 december 2019 verlaten ze hun kantoren als ambtenaar en na Nieuwjaar 2020 keren ze als werknemer terug, en ze blijven het- zelfde werk doen. De knallen in de Oud- jaarsnacht gaan gelijk op met wat de Big Bang wordt genoemd: van rechtswege wor- den duizenden aanstellingen omgezet in even zo vele arbeidsovereenkomsten met dezelfde inhoud. Alle bestaande afspraken en toezeggingen worden zoveel mogelijk overgenomen. Hummel: “Maar op detailniveau misschien weer niet. Wat nu lokaal is geregeld, kan bot- sen met het Burgerlijk Wetboek.” Ambtenaren merken pas echt dat ze te maken krijgen met een ander regime als ze in een conflict belanden. Dat kan gaan over een beoordeling, het uitblijven van een promo- tie, een dreigend ontslag of iets kleins als gedoe over een reiskostendeclaratie. Nu nog neemt het bestuursorgaan daarover een besluit, op grond van de Algemene wet be- stuursrecht. En kan de ambtenaar bezwaar aantekenen, in beroep gaan bij de bestuursrechter en ten slotte bij de Centrale Raad van Beroep, de hoogste ambtenarenrech- ter, zijn gelijk proberen te halen. “Die rechtsbescherming wordt helemaal anders”, zegt Hummel. “De werknemer van nu moet in zo’n geval naar de kantonrechter, de amb- tenaar in de toekomst ook. De indieners van het initia- tiefwetsvoorstel vinden dat de procedure bij de kanton- rechter het meest geschikt is voor arbeidsgeschillen.” Nataschja Hummel (Universiteit Utrecht): “De rechtsbescherming voor ambtenaren wordt helemaal anders.” ALLE AMBTENAREN? Niet alle ambtenaren worden genormaliseerd. Militai- ren en burgerpersoneel bij Defensie, politieagenten en rechters blijven ambtenaar met een eenzijdige aan- stelling. Hun rechtspositie wordt geregeld in de Mili- taire Ambtenarenwet, de Politiewet en de Wet rechts- positie rechterlijke ambtenaren. Een heel sterk argument had de politiek niet om deze groepen te an- ders te behandelen, zegt Nataschja Hummel. “Het ri- sico bestaat dat zij wat geïsoleerd raken. Er is door de nieuwe wet steeds minder kennis over het ambtena- renrecht, op universiteiten wordt het vak nauwelijks nog onderwezen. Als bepaalde groepen ambtenaar blijven, moet je daarvoor wel goede redenen hebben. Die heb ik niet gevonden. Dit is niet overtuigend. Be- ter had kunnen worden onderzocht of ze hadden kun- nen meegaan met de normalisering en tegelijkertijd onder bijzondere bepalingen kunnen vallen.” “WAT NU OP LOKAAL NIVEAU IS GEREGELD, KAN BOTSEN MET HET BURGERLIJK WETBOEK”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=