Mr.
Mr. 8 2018 / 59 SENIOR/JUNIOR BOUWKARTEL De tijd dat Nederland als kartelparadijs gold, omdat hier nog van alles mocht dat van Brussel niet meer mocht, staat Pijn- acker Hordijk nog helder voor de geest. Hij stond eind jaren tachtig het Nederlandse bouwkartel bij: een kartel dat officieel door de Nederlandse overheid werd gesanctio- neerd. “De Europese Commissie was van plan een boete van 25 miljoen op te leggen in ECU, de voorloper van de euro”, kijkt Pijnacker Hor- dijk terug. “Het schijnt dat Lubbers toen hoogstpersoon- lijk met Delors, president van de Commissie, is gaan praten en er tien procent af heeft gekregen. De boete werd 22,5 miljoen, voor de hele sector. Voor die tijd een gigantisch bedrag. Nu legt de Commissie boetes van mil- jarden op. Zelfs in Nederland, en zelfs in kleinere zaken, zijn de boetes al snel vele miljoenen. De inflatie bij kar- telboetes is een veelvoud van de inflatie die je ziet bij transfersommen van profvoetballers.” In de jaren negentig is mededingingswetgeving opgezet, in lijn met het Europese model. De enorme boetes en an- dere sancties maken kartelvorming onaantrekkelijk. “In de Verenigde Staten kun je er gevangenisstraf voor krij- gen. Hier kun je persoonlijke boetes krijgen, en die kun- nen fors zijn. Daarnaast krijg je schadeclaims uit het be- drijfsleven. Er is een hele industrie omheen ontstaan, en dat leidt tot claims van miljoenen tot miljarden euro’s. Dat hakt erin.” BESCHIKBAAR De interneteconomie zorgt voor nieuwe ontwikkelingen, zoals platformeffecten. Versteeg: “Via digitalisering wor- den innovatieve of gekoppelde diensten aangeboden. Fin- tech-bedrijven kunnen op basis van de data van banken nieuwe diensten aanbieden, mits ze toegang hebben tot die data. Hierbij speelt regulering een steeds grotere rol. Met mobiliteitskaarten kun je reizen met verschillende vervoersbedrijven, maar je kunt ook parkeren of een fiets huren. Er is nu een advies van de ACM dat de wet het mo- gelijk moet maken dat OV-bedrijven hun data beschikbaar gaan stellen aan aanbieders die daar belangstelling voor hebben. Grote bedrijven kunnen vergaande verplichtingen opgelegd krijgen. Het gaat vaak om bedrijven die van ouds- her een monopolie hebben, zoals in de telecom, post en vervoer. Hoe zorg je dat andere bedrijven ook diensten kun- nen aanbieden?” Dit past in de algemene ontwikkeling dat sommige markten zo snel innoveren dat aanpassing van het mededingingstoezicht nodig is. Want het kartelverbod komt achteraf. Als de mededingingsautoriteit tot het oor- jaardentehuizen worden getoetst op mono- polievorming. Ook kleine bedrijven, zoals kapperszaken, hebben ermee te maken. Dat geldt op nationaal niveau. Globalisering en het ontstaan van de informatiemaatschappij hebben ervoor gezorgd dat de grote mededin- gingsproblemen nu mondiale problemen zijn. Want markten zijn mondiaal, bijvoor- beeld die van de computerindustrie, de vlieg- tuigindustrie en de zeescheepvaart. We heb- ben te maken met giganten als Facebook en Google.” “ER IS EEN HELE INDUSTRIE ONTSTAAN ROND CLAIMS IN VERBAND MET KARTELVORMING”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=