Mr.

Mr. 7 2018 / 23 Snel op de hoogte zijn van actuele ontwikkelingen in het recht? Ook daarvoor kunt u in Mr. terecht. In de rubriek Snelrecht belichten vooraanstaande juristen periodiek de ontwikkelingen op hun rechtsgebied. MEDEDINGINGSRECHT BOETES VERTICALE PRIJSBINDING E en leverancier die zijn distributeurs verplicht een vaste of minimumprijs te hanteren loopt het risico het kartelver- bod te overtreden. Zo’n verplichting wordt ook wel verti- cale prijsbinding genoemd. Mededingingsautoriteiten hebben de bevoegdheid hiervoor boetes op te leggen. De Europese Com- missie gaf hier tot voor kort weinig prioriteit aan. Hierin lijkt verandering te komen. De Commissie heeft onlangs vier fabri- kanten van consumentenelektronica beboet voor meer dan 110 miljoen euro. Volgens de Commissie (IP/18/4601) hebben Asus, Denon & Ma- rantz, Philips en Pioneer vaste verkoopprijzen of minimumver- koopprijzen opgelegd aan hun online retailers. Dit moest voor- komen dat de retailers de producten online tegen te lage prijzen zouden verkopen. Met geavanceerde monitoringsinstrumenten werd gecontroleerd of de retailers zich aan de opgelegde prijzen hielden. Indien hiervan werd afgeweken volgden sancties, zo- als het stopzetten van levering. Dit had effect op de gehele re- tailmarkt omdat veel (grote) online retailers met algoritmes hun prijzen afstemmen op die van concurrenten. De Commissie is van oordeel dat consumenten zijn geschaad omdat de prijs- binding tot hogere prijzen heeft geleid. Handhaving van het verbod op verticale prijsbinding was de afgelopen jaren het domein van de nationale mededingings- autoriteiten. Vooral het Bundeskartel- lamt in Duitsland en de Competition and Markets Authority in het Verenigd Ko- ninkrijk zijn op dit terrein buitengewoon actief. De ACM hanteert vooralsnog een (meer) terughouden d beleid, omdat zij van oordeel is dat verticale prijsbinding niet per se schadelijk voor de consument hoeft te zijn. Consumenten kunnen baat hebben bij verticale afspraken als deze leiden tot betere service of nieuwe aanbieders op de markt. Het toezicht van de ACM is erop gericht verticale afspraken die per saldo schadelijk zijn voor de consumentenwelvaart aan te pakken. Nu de Commissie (online) verticale prijsbinding als speerpunt lijkt te hebben aangemerkt, is het de vraag of ook de ACM actie- ver op zoek gaat naar (online) verticale overeenkomsten die schadelijk zijn voor consumenten. De boetes van de Commissie tonen in ieder geval aan dat leveranciers ook in Nederland op hun hoede moeten zijn. Martijn van de Hel is advocaat bij Maverick Advocaten in Amsterdam. FINANCIEEL RECHT BIJZONDER BEHEER BANKEN VAKER ONDER DE LOEP A ls gevolg van de crisis is de aansprakelijkheid van ban- ken voor hun rol in de aanloop naar een faillissement zeer actueel. Veel ondernemers die in zwaar weer op de afdeling bijzonder beheer van de bank terechtkwamen, klaag- den dat de bank alleen oog had voor een maximale opbrengst. Met als gevolg veel onnodige faillissementen. Twee procedures daarover zijn actueel. Allereerst het faillisse- ment van de reisorganisatie Oad uit 2013. Na het faillissement eisten de voormalige eigenaren van Oad een schadevergoeding van 65 miljoen euro van de Rabobank. Volgens hen was het fail- lissement de schuld van de bank. Zij vroeg te veel onderpand, eiste ten onrechte een nieuwe kapitaalinjectie en zegde zonder reden een cruciaal krediet op. Bovendien blokkeerde de bank een reddingspoging. De procedure daarover liep mis zonder inhou- delijke beoordeling: alleen (de curator van) Oad kon zo’n vorde- ring instellen (ECLI:NL:RBMNE:2015:7748). De uitzondering op die regel − specifiek onrechtmatig handelen tegenover de aan- deelhouder − was volgens de rechtbank niet aan de orde. De fa- milie heeft vervolgens van curatoren de claim van de boedel overgedragen gekregen, onder de verplichting een deel van de bij winst te ontvangen schadevergoeding uit te keren aan de failliete boedel. Die zaak loopt inmiddels weer en de rechtbank zal zich dus alsnog inhoudelijk moeten uitspreken. Half augustus kwam een tweede in het oog springende zaak naa r buiten: die van de eigenaar van de in 2014 failliet verklaar- de winkelketen HOBO hifi. Ook daar wordt Rabobank aange- sproken voor de schade die is veroorzaakt door de opzegging van het krediet, waardoor de specialist in audio- en videoappara- tuur gedwongen werd de deuren te sluiten. Op het moment van opzegging zou er geen sprake zijn ge- weest van een betalingsachterstand en de onderneming was nog met de bank in gesprek over een reorganisatie. Het op- zeggen van het krediet door Rabobank kwam voor de winkelketen als een vol- strekte verrassing. HOBO hifi raamt de geleden schade op acht miljoen euro, ook omdat Rabobank de voorraden van het bedrijf heeft laten veilen. Hier liep de re- latie met curatoren minder soepel: de rechtbank moest er aan te pas komen om de curator zover te krijgen de vorderingen op Ra- bobank over te dragen aan de eigenaar van HOBO hifi. William Schonewille is partner bij BarentsKrans in Den Haag.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=