Mr.

32 / Mr. 7 2018 LID ALGEMENE RAAD TERUGGETREDEN NA WAARSCHUWING Begin september trad NOvA-bestuurslid Ruben Alderse Baas terug uit de algemene raad, nadat hij een waar- schuwing had gekregen van het Hof van Discipline. Deze waarschuwing had betrekking op het niet afge- ven van een dossier aan een opvolgend advocaat. Al- derse Baas had het dossier onder zich gehouden, om- dat de nota’s nog niet waren voldaan. Eerder oordeelde de Raad van Discipline dat Alderse Baas niet klacht- waardig had gehandeld. De NOvA zegt het vertrek van Alderse Baas te betreu- ren. “Binnen de algemene raad is deze situatie bespro- ken en is de conclusie dat het opleggen van een maat- regel door het Hof van Discipline (een waarschuwing valt daaronder) het voortzetten van de werkzaamhe- den als vertegenwoordiger van de advocatenorde in de weg staat.” Volgens de NOvA verliest de orde door het vertrek van Alderse Baas “een gewaardeerd lid van de algemene raad”. INTERVIEW beleid gevoerd. 60 procent van het budget van de gefinancierde rechtshulp gaat op aan procedures tegen de overheid. Daar wordt weinig aandacht aan besteed. Dat stemt moedeloos. “Een ander hardnekkig beeld van de advoca- tuur is dat van de snelle wereld met vette au- to’s, de wereld van de Zuidas. Al die eenpit- ters die in een oude auto van hot naar haar rijden, zie je niet. Terwijl de meeste advoca- ten zo hun praktijk voeren. Dat is sappelen, omdat er heel erg op de gefinancierde rechtsbijstand is bezuinigd. We voeren daartegen al jarenlang strijd. Er zijn demonstra- ties geweest, er zijn artikelen gepubliceerd, als orde be- steden we er heel veel tijd aan, maar het beeld is en blijft dat de advocatuur een luxeartikel is. En zolang je zelf geen advocaat nodig hebt, kan ik mij dat ook voorstellen. Het is makkelijk prijsschieten op de advocaat die een cri- mineel weet vrij te pleiten.” POLEN Maar de advocatuur heeft toch nooit zo’n goede naam gehad? Shake- speare liet in Henry VI Dick the butcher al verzuchten: “The first thing we do, let’s kill all the lawyers.” Dat stuk dateert uit 1596/1597. Is het nu zoveel erger dan voorheen? “Dat denk ik eigenlijk wel. En dat komt door de politiek. Voorheen waren de ministers van Justitie rechtsgeleer- den die oog hadden voor het belang van de advocatuur in een democratische rechtstaat. Nu gaat het meer om be- stuurders die kortetermijndoelen willen behalen en hun begroting kloppend willen maken. Je kunt wel vinden dat alle conflicten via alternatieve vormen van geschil- lenbeslechting opgelost moeten worden, maar daarmee misken je het belang van rechtsontwikkeling, van een doel op de langere termijn. In alle rapporten die de afge- lopen jaren zijn verschenen staat dat we op zich een goed rechtstelsel hebben. Gooi dat niet overboord, denk ik dan. Kijk naar wat er in Polen gebeurt. Of kijk naar En- geland. Ik lees momenteel The secret barrister. Stories of the law and how it’s broken . Dat boek schetst een ontluisterend beeld van de situ- atie in Engeland waar de laatste jaren enorm is bezuinigd en geëxperimenteerd, met dramatische gevolgen. In het familie- recht bijvoorbeeld kregen mensen geen ge- financierde rechtsbijstand meer, tenzij ze konden aantonen dat sprake was van hui- selijk geweld. Dat heeft tot een enorme toe- name van problemen geleid. De experimenten zijn mis- lukt. Daar moeten wij van leren.” Wat hebben jullie als algemene raad als ambities gesteld? “Wij blijven vechten voor de toegang tot het recht. Dat is en blijft een voortdurend punt van zorg. We zien nog wei- nig veranderingen en dat stemt moedeloos, maar het blijft wel een van onze belangrijkste prioriteiten. Wat ik jammer vind is dat advocaten zelf al die inspanningen niet goed op waarde schatten. Zij zien de NOvA vooral als een lastig orgaan dat richtlijnen uitvaardigt en moei- lijk doet. Maar we zijn geen vakbond, we zijn een pu- bliekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Ons doel is goede toegang tot het recht te garanderen en daar wordt heel veel voor gedaan. Dat lijkt bij onze eigen achterban nogal onzichtbaar. “Kwaliteit blijft ook een speerpunt. Met name in de soci- ale advocatuur zie je een beweging in de richting van eenmanskantoren, omdat het gezien de vergoedingen eigenlijk niet meer op te brengen is om een heel secreta- riaat op te tuigen. Overal probeert men de kosten zo laag mogelijk te houden en dat kan gevolgen hebben voor de kwaliteit. Dat moeten we blijven monitoren, hoewel ik over het algemeen wel tevreden ben. Er zijn altijd advo- caten die onder de maat scoren, maar het gros werkt hard en wil goed zijn werk doen. Wat ik wel graag zou zien, is dat advocaten zich wat meer openstellen voor in- strumenten als peer review en intervisie. Dat is in de “VROEGER HADDEN JUSTITIEMINISTERS OOG VOOR HET BELANG VAN DE ADVOCATUUR IN DE RECHTSTAAT”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=