Mr.

MR. 2 2021 / 39 onderzoek MEER VAN ZICH HOREN Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR): “Het is cyclisch. Rond 2000 was er ook een pro- gramma om de empirie te stimuleren, maar dat heeft weinig navolging gekre- gen. In 2016 bracht het NSCR de stand van zaken in kaart in een rapport Natio- nale Stimuleringsactie Empirical Legal Studies . Vervolgens kwamen er van meerdere kanten initiatieven en plannen hiervoor. Het is ook een van de thema’s van het Sectorplan Rechtsgeleerdheid. Nu is het booming .” Kees van den Bos, hoogleraar empiri- sche rechtswetenschap in Utrecht, haalt de T-shaped lawyer erbij om het belang van de juridische empirie te benadruk- ken. “Als je eenmaal goed thuis bent in je rechtsgebied, dan sla je je vleugels uit naar andere disciplines, waaronder em- pirisch onderzoek. Het moet een van de belangrijke pijlers in de rechtsgeleerd- heid worden.” Pieter Desmet noemt ‘de rechtenfacul- teiten versterken’ als een doel van de rechtsempirie. Sinds 1 januari is hij hoogleraar op de duo-leerstoel Quanti- tative Empirical Legal Studies aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. “Er is geld vrijgemaakt om in het onderzoek en onderwijs meer aandacht te besteden aan de empirie van het juridische do- mein. Advocaten en rechters komen vaak in aanraking met empirisch bewijs. Heb je daar geen ervaring mee, weet je bijvoorbeeld niks van statistiek, dan is het moeilijk zin van onzin in weten- schappelijke rapporten te onderschei- den. We gaan een generatie opleiden die dat wel kan.” VERTROUWEN Het was de nieuwe president van de Hoge Raad, Dineke de Groot, die afgelo- pen november in haar intreerede stelde dat het vertrouwen dat burgers hebben in de rechtspraak moet worden bevor- derd. “Of er vertrouwen is, of juist ge- paste weerzin, kun je met empirisch on- derzoek blootleggen”, zegt Van den Bos. “WE GAAN EEN GENERATIE JURISTEN OPLEIDEN DIE ZIN EN ONZIN IN WETENSCHAPPELIJKE RAPPORTEN KAN ONDERSCHEIDEN” “Of neem de coronamaatregelen. Rech- ters krijgen epidemiologische data onder ogen en dan is het belangrijk dat zij snappen wat bijvoorbeeld ‘exponentiële groei’ is. Dan kunnen ze beter beoorde- len of bestuurlijk ingrijpen wel verant- woord of rechtmatig is. Je kunt dan als rechter zekerder overkomen.” In zijn recente boek Inleiding empirische rechtswetenschap gaat Van den Bos in op vragen waarvoor empirische onder- zoekers staan: hoe houd je een kwalita- tief interview, hoe zet je een vragenlijst op, wanneer gebruik je open en wanneer gesloten vragen, hoe organiseer je een experimenteel onderzoek. “Een veld- experiment was handig geweest bij KEI, het mislukte digitaliseringsproject van de Rechtspraak. Daarmee had je kunnen toetsen welke assumpties eraan ten grondslag lagen. Nu bleef het debat over KEI steken tussen believers en non- believers .” NATTEVINGERWERK Empirisch onderzoek kan zo niet alleen bijdragen aan een beter functionerende rechtspraak, ook individuele juristen heb- ben er baat bij. Pieter Desmet: “Advoca- ten die kennis hebben van empirisch on- derzoek kunnen deskundigenrapporten beter doorgronden. Op basis waarvan neem je beslissingen als je er geen erva- ring mee hebt? Dit onderzoek geloof ik wel, een ander onderzoek geloof ik niet, dat is nattevingerwerk. Hoe moet je falsi- ficeren, dus informatie zoeken die een hypothese kan tegenspreken?” Desmet gaat dit niet alleen studenten en promovendi bijbrengen, hij gaat ook workshops empirisch onderzoek opzet- ten voor advocaten, rechters en andere praktijkjuristen. Want er bestaat bij hen nog een grote lacune op het gebied van cijferwijsheid en statistiek. “Empirisch onderzoek leert ons hoe rechters tot hun besluit komen, of hoe slachtoffers het proces ervaren. Vinden zij geld belang- rijk, erkenning van schuld of excuses? Die inzichten uit empirisch onderzoek kunnen heel nuttig zijn.” LAW IN ACTION Volgens Nieke Elbers zijn veel studen- ten, docenten en onderzoekers geïnte- resseerd in law in action -vragen: wat zijn de problemen in de praktijk, waar ko- men die uit voort, wat zijn daarbij de aannames. Populair is het onderzoeken of regels en procedures wel effect heb- ben. “Zo worden wetten regelmatig ge- ëvalueerd, maar vaak zijn dat geen effectevaluaties. In plaats van ex post de gevolgen van een wet te onderzoeken, is het beter de effecten ex ante in kaart te brengen. Vaak is er over de effecten van een rechtsregel al veel informatie be- kend, bijvoorbeeld uit het buitenland, en dan is het jammer als dat bestaande em- pirische onderzoek niet wordt meegeno- men.” Door tijd- en geldgebrek gebeurt dat volgens Elbers te weinig. Hoe het be- ter kan staat beschreven in de Neder- landse Encyclopedie Empirical Legal Stu- dies , die onlangs verscheen. Elbers wijst naar de wetgeving op het ge- bied van het spreekrecht voor slachtof- fers: het spreekrecht is zonder duidelijke empirische grondslag geïntroduceerd. Op ten minste drie cruciale punten tast- te men grotendeels in het duister, name- lijk over de behoeften van slachtoffers,

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=