Dat de ‘governance’ (bestuur en toezicht) er binnen de lokale ordes anders uit komt te zien, werd al min of meer aangekondigd in de Eindrapportage Evaluatie Wet positie en toezicht advocatuur (door Pro Facto, augustus 2020). Nu zijn betrokkenen het erover eens dat sommige aanbevelingen moeten worden overgenomen. Dat meldt het College van Toezicht op zijn website. Dit College is in 2015 ingesteld om met een onafhankelijke blik van buiten te kijken naar het functioneren van het toezicht en de klachtbehandeling door de lokale dekens.
Onafhankelijkheid
Het toezicht op de advocatuur is en blijft binnen de sector zelf gepositioneerd, op afstand en onafhankelijk van de Staat. Nieuw is echter dat de (lokale) deken niet langer door de lokale orde wordt benoemd. In zo’n procedure is de onafhankelijkheid van de deken niet altijd gegarandeerd. Die “afhankelijkheid van het dekentoezicht ten opzichte van onder toezicht gestelde advocaten en advocatenkantoren, die thans binnen de arrondissementen bestaat, wordt beëindigd”, aldus het College van Toezicht in zijn (tweede) voortgangsrapportage. Ook de financiering wordt niet langer door de lokale orde bepaald. Hoe dat wel moet worden geregeld, is nog niet duidelijk.
Dekenberaad
Tegelijk zal ook het dekenberaad worden omgevormd tot een nieuw, landelijk bestuursorgaan, ‘binnen de constellatie van de NOvA’. Dit nieuwe orgaan is eindverantwoordelijk voor de uitoefening van het toezicht op advocaten en advocatenkantoren in alle arrondissementen.
