Criminelen krijgen te maken met verschillende actoren in de strafrechtketen, zoals de politie, officieren van justitie, rechters, penitentiair inrichtingswerkers, reclasseringswerkers en advocaten. Criminoloog Matthias van Hall onderzocht hoe gedetineerden door hen worden bejegend. Daaruit blijkt dat een eerlijke en respectvolle behandeling door autoriteiten cruciaal is voor het vertrouwen in het rechtssysteem en de bereidheid om zich aan de wet te houden. Van Hall toont aan dat gedetineerden die zich rechtvaardig behandeld voelen door de verschillende actoren in de strafrechtketen, minder kans hebben op herhaling van crimineel gedrag na hun vrijlating.
Procedurele rechtvaardigheid
De onderzoeker laat verder zien dat gedetineerden vooral positief zijn over de procedureel rechtvaardige behandeling door hun advocaten, terwijl ze het minst tevreden zijn over hun behandeling door de politie (‘weinig betrouwbaar’). De ervaring met de politie heeft ook invloed op hoe gedetineerden later de bejegening door andere actoren ervaren. “Dit suggereert dat vroege negatieve ervaringen doorwerken in hun algehele perceptie van het rechtssysteem”, aldus Van Hall. Hij roept op tot meer aandacht voor de manier waarop verschillende actoren in de strafrechtketen hun taak uitoefenen, met het oog op het bevorderen van vertrouwen en het verminderen van herhaling van crimineel gedrag. “Mijn onderzoek onderstreept het belang van procedurele rechtvaardigheid voor het functioneren van het rechtssysteem en de rehabilitatie van gedetineerden.”
Neutraliteit en participatie
Uit onderzoek van Van Hall blijkt ook dat gedetineerden de behandeling door rechters niet altijd ‘neutraal’ ervaren, terwijl neutraliteit een van de elementen van procedurele rechtvaardigheid is. Gedetineerden vinden het ‘oneerlijk’ dat rechters de focus leggen op het criminele verleden (hun strafblad), omdat ze van mening zijn dat ze al ‘hebben betaald’ voor de overtredingen door middel van een geldboete of met een vrijheidsstraf. Wel vinden ze het goed dat strafrechters (en ook reclasseringswerkers) hen vragen om hun kant van het verhaal te vertellen en dat ze zich gehoord voelen wanneer er relevante vervolgvragen worden gesteld. Deze vorm van participatie (ook een element van procedurele rechtvaardigheid) vinden gedetineerden belangrijk. Dat geldt weer minder voor het element ‘procescontrole’: gedetineerden vinden vaak dat het oordeel van de rechter bij voorbaat vaststaat.