Mr.

50 / Mr. 5 2019 De procedure voor de benoeming van raadsheren in de Hoge Raad is geregeld in de Grondwet en in de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren. De Hoge Raad maakt een aanbevelingslijst voor de Tweede Kamer. De bindende voordracht van de Tweede Kamer met drie mensen erop gaat naar de regering. De Koning be- noemt voor het leven. Op eigen verzoek of wanneer raadsheren de leeftijd van zeventig jaar bereiken, wordt hun ontslag verleend. De Hoge Raad oriënteert zich op potentiële kandidaten door te polsen bij gerechten, in de advocatuur, de we- tenschap, de belastingwereld en bij het Openbaar Mi- nisterie. Ook wordt periodiek een advertentie ge- plaatst. Potentiële kandidaten worden beoordeeld door een selectiecommissie die bestaat uit drie raadsheren van de verschillende kamers, twee personen van bui- ten de Hoge Raad en een technisch voorzitter. Als lei- draad bij de selectie gelden de profielen waarin staat aan welke eisen een raadsheer moet voldoen. De be- treffende kamer van de Hoge Raad stelt een lijst met mogelijke kandidaten op waaruit de selectiecommissie een keuze maakt. Vervolgens stelt de Hoge Raad als ge- heel een definitieve kandidatenlijst vast. Bij een vacature in de Hoge Raad beveelt de Hoge Raad een kandidaat aan bij de Tweede Kamer. Daarbij krijgt de Tweede Kamer een lijst van zes kandidaat-leden. De bovenste op de lijst is de aanbevolen kandidaat. De vaste commissie Justitie en Veiligheid van de Tweede Kamer heeft met alle nieu- we kandidaten op de aanbevelingslijst een gesprek en hoort ook altijd de aanbe- volen kandidaat, de nummer 1 van de lijst. Ook praat de Kamer twee keer met HOGE RAAD is, maar ik kom hier meer onder de mensen dan bij PWC.” Corstens vond het geweldig om te zien hoe zaken werden uitgediept. “Ik heb niet meegemaakt dat een relevant as- pect van een zaak niet aan de orde is gekomen”, zegt hij. “Je hebt de advocaat-generaal, je medewerkers, je colle- ga’s. Ik vond het intellectueel heel bevredigend.” Wel vond hij het aanvankelijk moeilijk om geen eigen pro- gramma te hebben. “Als hoogleraar kun je grotendeels zelf bepalen wat je doet, maar als raadsheer moet je aan- pakken wat er op je bordje komt. Je krijgt problemen waar je je nooit mee hebt beziggehouden, zoals mestquota, passagiersregistratie van luchtvaartmaatschappijen, gek- ke fraudezaken. Daar zag ik eerst tegenop. Later vond ik het vooral een intellectuele uitdaging.” Een ander verschil: “Als hoogleraar moet je maatschappe- lijk betrokken zijn, je in het algemeen belang over onder- werpen uitlaten. Als raadsheer is dat juist moeilijk. Als je je vandaag uitlaat over tbs, kan iemand jou morgen het verwijt maken dat je je mening al hebt gevormd.” En Ybo Buruma dan? Die geeft om de haverklap zijn mening over actuele zaken. “Buruma weet precies tot hoever hij kan gaan”, vindt Corstens. “Hij is altijd heel tactvol, kwetst an- deren nooit. Hij kan algemene vraagstukken heel goed ver- woorden, op een slimme manier.” de president van de Hoge Raad en de procureur-generaal: de eerste keer als de kandidaat op de lijst staat, de twee- de keer als de kandidaat bovenaan staat. De Tweede Kamer neemt de aanbeveling van de Hoge Raad bijna altijd over. Onafhankelijkheid Doordat de Tweede Kamer formeel een grote vinger in de pap heeft bij benoemingen in de Hoge Raad, wordt de onafhankelijkheid van deze rechters soms ter discussie gesteld. “Je moet daarbij wel onderscheid maken tussen functionele onafhankelijkheid (beslissingsbevoegdheid) en rechtspositionele onafhankelijkheid (niet ontslagen kunnen worden door de regering, alleen door de Hoge Raad)”, aldus hoogleraar staatsrecht Paul Bovend’Eert (Radboud Universiteit Nijmegen). “In het huidige systeem ben je onafhankelijk nadat je benoemd bent”, stelt hij. “Dan heb je beslissingsvrijheid en kun je niet ontslagen worden.” De vraag is wel wat de rol van de andere staatsmachten is vóór de benoeming, vervolgt Bovend’Eert. “De rege- ring en het parlement zijn erbij betrokken omdat je niet wilt dat de rechterlijke macht een staat in de staat wordt. Checks and balances dus. Als die rechter eenmaal be- noemd is, heb je geen controle meer. De controle zit in de benoemingsprocedure. Dat zie je overal in Europese landen.” Maar de benoemingen mogen niet politiek worden, waarschuwt Bovend’Eert. “Dan benoem je rechters niet op kwaliteiten, en dan is de onafhankelijkheid in het geding.” Op de vraag of er in Nederland genoeg waarborgen zijn tegen politieke benoemin- gen, antwoordt hij: “Er is hier een cultuur ‘ER IS NIETS TEGEN TE DOEN ALS DE TWEEDE KAMER EEN EXTREMIST OP NUMMER ÉÉN ZET’ ‘HET PROCES VAN BENOEMING VAN RAADSHEREN KAN SNEL POLITISEREN’

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=