Mr.

28 / Mr. 3 2021 VEEL STEUN VOOR NOODKREET RECHTER VAN WATERSCHOOT Het interview met rechter Nathalie van Waterschoot (rechtbank Amsterdam) in het vorige nummer van Mr. heeft veel losgemaakt. Haar beklemmende relaas over haar ervaringen met de jeugdbescherming en de familierechtspraak sloeg in kringen van juristen, jeugdhulpverleners en gedupeerde ouders in als een bom. door Peter Louwerse foto Chantal Ariëns familierecht T ienduizenden mensen bekeken het artikel op Mr. Online, en de mailbak van Mr. stroomde vol met reacties. Nathalie van Waterschoot plaatste op 4 mei op haar LinkedIn-pagina een link naar het artikel en trok daarmee in zes weken ruim 70.000 geïnteresseerden. “Dat sterkt me in mijn beslissing om me publiekelijk uit te spreken over dit be- langrijke onderwerp”, zegt Van Water- schoot nu. Ze vindt het hoopvol dat er door velen positief is gereageerd. “Dat luidt hopelijk het begin in van de beno- digde veranderingen in het systeem van jeugdbescherming en familierecht.” Van Waterschoot krijgt veel steunbetui- gingen, onder meer van collega-rechters, advocaten, officieren van justitie, rechts- wetenschappers en bedrijfsjuristen. Voor- malig Nationaal Ombudsman Alex Bren- ninkmeijer schrijft: “Een belangrijke stap, Nathalie. Dat vraagt moed en verdient erkenning en waardering.” Hoogleraar rechtspleging Philip Langbroek (Univer- siteit Utrecht) meent: “Er is veel dat ver- beterd kan worden. Ik hoop dat je gehoor vindt bij je collega-rechters.” BUIKPIJNZAKEN In het interview vertelt Van Waterschoot dat ze betrokken raakte in conflicten over omgang en gezag. “Acht jaar wer- den de kinderen vermalen in een sys- teem dat hen weinig bescherming bood. We werden door drang en dwang ver- vreemd van onszelf en van elkaar.” Een van haar voornaamste bezwaren is dat overheidsinstanties conflicten over gezag en omgang vaak framen als ‘ruzi- ënde of vechtscheidende ouders’ waar- door situaties van fysiek of geestelijk geweld jegens kinderen of (ex)partner- geweld onvoldoende worden onder- zocht. Daardoor wordt geen hulp gebo- den aan kinderen die daarmee te maken hebben. Ze heeft ook kritiek op de ge- brekkige waarheidsvinding en gegevens- verwerking binnen de jeugdbescher- ming. Namens de Rechtspraak reageerde kin- derrechter Susanne Tempel (rechtbank Zeeland-West-Brabant) op 10 mei op Mr. Online. Ze noemde zaken over ge- zag en omgang “buikpijnzaken” omdat ze zo complex zijn. Over de gebrekkige waarheidsvinding zei Tempel: “Het lasti- ge is dat het meestal niet om objectieve feiten gaat, maar om emoties, belevin- gen en herinneringen.” Tempel zegt ook dat de Rechtspraak al volop reflecteert op zaken van kinderen en ouders die in de knel komen met gezag en omgang. Van Waterschoot noemt de reactie van Tempel “ongelukkig”, en dat heeft ze bin- nen de Rechtspraak ook laten weten. “Er wordt in de Rechtspraak natuurlijk in- tern gereflecteerd maar ik pleit voor een reflectieprogramma waarbij ook exter- nen worden betrokken, zoals de Raad van State doet. We moeten als rechters beducht zijn voor onze blinde vlekken en op confirmation bias . Daarvoor heb- ben we reflectie met mensen van buiten onze organisatie nodig.” Zaken hoeven volgens Van Waterschoot niet zo complex te zijn als er een deug- delijk meldsysteem is en bij het begin al goed deskundig onderzoek wordt ge- daan. “Verder zijn emoties en tegenge- stelde visies nou eenmaal inherent aan rechtszaken. Die komen ook bijna altijd voor in geschillen die ik als bestuurs- rechter krijg voorgelegd. Ook kun je als rechter een deskundige inschakelen om Susanne Tempel (Rechtspraak) Mariëlle Bruning (Universiteit Leiden)

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=