Mr.

48 / Mr. 4 2018 R echten was wel het laatste waar Corinne Schot aan dacht, toen ze van school kwam. Haar hart lag bij de muziek. Ze ging naar het conservatorium − waar ze sinds haar zestiende al een vooropleiding volgde − en werd toetsenist in de barokmuziek. Ze speelde klavecim- bel en kerkorgel. “Al snel richtte ik met een paar anderen een barokkamerorkest op”, vertelt Schot. “De opleiding in Nederland is top en trekt veel buitenlandse studenten aan. Zo kwam het dat ik de enige Nederlander was in het orkest. Dat betekende dat het mijn taak werd alles te re- gelen. Ineens was ik ondernemer, en daar was ik totaal niet op voorbereid. Mijn kennis op dat gebied vertoonde lacunes, om het zacht uit te drukken.” Schot vond uit dat een studie rechten de goedkoopste manier was om de nodige kennis op te doen: 750 gulden collegegeld per jaar. In twee jaar tijd rondde ze haar studie af, terwijl ze intussen op volle kracht in het or- kest bleef meedraaien. “Bij de Erasmus Universiteit is het goed geregeld. Het programma stond vast. Ik wist Technologie zal de financiële wereld veranderen, maar advocaten blijven altijd nodig, ver- wachten Corinne Schot (Baker McKenzie) en Benno Leemans (DLA Piper). Zij bieden high-end oplossingen die alleen mensen kunnen bedenken. Hun rechtsgebied: banking & finance. DOOR HENRIETTE VAN WERMESKERKEN FOTO’S GEERT SNOEIJER ‘WIJ HOUDEN VAN PUZZELEN’ SENIOR/JUNIOR SENIOR/JUNIOR In deze serie praten een senior en een junior advo- caat met elkaar over hun studie, de advocatuur en het vakgebied dat zij delen. precies wat ik wanneer moest doen, zodat ik het goed kon combineren. Ik begon puur om praktische redenen met de studie, maar boven alle verwachting vond ik het direct leuk. Vooral rechtsfilosofie en rechtsgeschie- denis boeiden mij.” BEDRIJFSMATIG Ook voor Benno Leemans was rechten niet de eerste keus. Hij startte met bedrijfskunde en rondde zijn ba- chelor af. “Ik vond het cijfermatige aspect leuk, maar zag mijzelf niet bij een bank of in de consultancy. Daar- om ben ik daarnaast rechten gaan doen. Gaandeweg kreeg ik belangstelling voor de advocatuur. Na de master ondernemingsrecht heb ik een student-stage gelopen en vervolgens een master privaatrecht gedaan, waarna ik advocaat werd.” Leemans studeerde ongeveer twintig jaar na Schot, ook aan de Erasmus Universiteit. Net als zij is hij daar en- thousiast over. De juridische faculteit komt voort uit de economische. Dat merk je aan de studie en dat is Schot en Leemans, met hun bedrijfsmatige belangstelling, goed bevallen. Beiden hadden college van Toon van Mierlo, hoogleraar burgerlijk recht, die zijn academische carrière combineerde met de advocatuur. “Van Mierlo zag wel een toekomst in de advocatuur voor mij”, zegt Schot, “maar zelf aarzelde ik daarover. Het is een heel andere wereld

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=