De VVD en PvdA willen no cure no pay in de advocatuur mogelijk maken. Dat is nu verboden, maar de regeringspartijen willen dat verbod opheffen zodat er kan worden geëxperimenteerd. De Nederlandse Orde van Advocaten wil best praten over het voorgestelde experiment, maar pleit tegelijkertijd voor grote terughoudendheid. Volgens Jan Loorbach, algemeen deken van de Orde, kent een systeem van no cure no pay namelijk veel nadelen.
Een van die nadelen is het risico dat advocaten eerder akkoord gaan met een financiële schikking die niet de beste oplossing is voor hun cliënt.
In 2005 draaide minister Donner een door de Orde gecreëerde mogelijkheid om te experimenteren met no cure no pay terug. Donner vond toen dat ‘een vergaand financieel belang ingaat tegen een goede beroepsuitoefening van de advocatuur’.
Momenteel is de Orde zelf al bezig met een experiment in letselzaken en gebruikt daarvoor de term no win, no fee. Dan krijgt een advocaat alleen betaald krijgt als hij een zaak wint. Hij werkt dan voor een hoger uurtarief dat van tevoren met de cliënt is afgesproken. Bij no cure no pay krijgt de advocaat doorgaans een percentage van het claimbedrag dat bij het winnen van een zaak wordt uitgekeerd.
