Werknemers kunnen hun kosten van rechtsbijstand voor een ontslagprocedure niet aftrekken voor de inkomstenbelasting. Dat blijkt uit een arrest van het Gerechtshof Den Bosch.
Te verrekenen verlies
De zaak draait om een werknemer die in 2015 krijgt te maken met een ontslagprocedure en een advocaat inschakelt bij een procedure tegen zijn werkgever. De advocaat brengt hem € 5.406 aan kosten in rekening. In zijn aangifte inkomstenbelasting 2015 voert de werknemer deze kosten op als een te verrekenen verlies uit voorgaande jaren. Maar bij de aanslag schrapt de inspecteur deze kosten. Het Hof Den Bosch moet daarna oordelen over de aftrekbaarheid van de advocaatkosten vanwege de ontslagprocedure.
Hardheidsclausule
Het hof verwijst in zijn motivering naar een arrest van de Hoge Raad uit 2007 en oordeelt dat de kosten van de advocaat niet aftrekbaar zijn. Het hof oordeelt dat ook geen sprake is van vertrouwen dat door de Belastingdienst is gewekt door een algemene toelichting op de aangifte. Het toepassen van de hardheidsclausule is voorbehouden aan de minister van Financiën, dat kan het hof niet. Evenmin is het hof bevoegd te beslissen op een verzoek om kwijtschelding. Dat moet de werknemer bij de ontvanger van de Belastingdienst vragen.