Waarom de rechtsstaat onder druk staat of welke onderdelen van de rechtsstaat het meeste te lijden hebben, zegt het College er niet bij. Wel geeft het College politieke partijen een aantal aanbevelingen mee voor hun partijprogramma. Die zijn gebaseerd op vier fundamentele beginselen die aan alle mensenrechten ten grondslag liggen. Dat zijn op de eerste plaatst het recht op gelijke behandeling en non-discriminatie. Non-discriminatie noemt het College het ‘fundament van de rechtsstaat’. Iedereen heeft recht op gelijke behandeling, ongeacht geslacht, etnische afkomst, godsdienst of andere persoonlijke kenmerken. Een ander beginsel is het recht op leven in waardigheid waarbij bestaanszekerheid ‘onmisbaar’ is.
Participatie en rechtsbescherming
Het derde beginsel dat het College noemt is het recht op participatie. “Mensen hebben het recht om een actieve rol te spelen bij het tot stand komen van maatregelen die over hen gaan. Het recht op betoging stelt mensen in staat aandacht te vragen voor maatschappelijke kwesties. Ook hebben mensen het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op onderwijs.” Ten vierde wijst het College op het recht op rechtsbescherming. “Cruciaal voor effectieve bescherming van mensenrechten is dat de burger de overheid ter verantwoording kan roepen. Dat vraagt om duidelijke en toegankelijke regels, transparante besluitvorming en een zorgvuldig wetgevingsproces.”
Lees hier de aanbevelingen voor politieke partijen van het College voor de Rechten van de Mens.
