Baker McKenzie vertelt over de Children’s Right’s Moot Court: “Studententeams afkomstig uit verschillende landen zoals India, Spanje, Australië en Polen pleiten in de challenge over een fictieve zaak waarbij een geschil tussen een staat en (groepen) kinderen plaatsvindt. De zaak wordt behandeld voor het VN-Comité voor de Rechten van het Kind, volgens het OPIC-protocol. Ze verdedigen beide partijen en worden uitgedaagd tot fris juridisch denken over actuele kinderrechtenkwesties. Met internationale casestudies benadrukt de wedstrijd het wereldwijde belang van kinderrechten en slaat zij een brug tussen theorie en praktijk.”
“De wedstrijd richt zich op de groeiende uitdagingen voor kinderen in conflictgebieden en de praktijkrelevantie daarvan. Internationale rechtbanken worden steeds vaker geconfronteerd met zaken over schendingen van kinderrechten in oorlogsgebieden, vluchtelingenkampen en de ontwikkelingen in de digitale wereld. Studententeams oefenen daarom met het bepleiten van complexe zaken voor een internationaal juridisch panel. Het project benadrukt het belang van toewijding van juridische professionals aan kinderrechten, mede via pro bono-werk.”
