Het Hof van Friesland was van 1499 tot 1811 de hoogste rechtsprekende instelling in Friesland. De bibliotheek van het Hof was sinds 1850 in het Leeuwarder Paleis van Justitie gehuisvest. Na een grote brand in het gebouw in 1919, werd de bibliotheek in bewaring gegeven aan de provincie Friesland. Bij die brand liepen veel boeken schade op; ze waren in een poging hen te behoeden voor verbranding naar buiten gegooid. De boeken werden beheerd door de Provinciale Bibliotheek, een van de voorlopers van Tresoar.
Schenkingsovereenkomst
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden vond de tijd nu rijp om de bibliotheekcollectie officieel over te dragen. Dat gebeurde tijdens een symposium in het Paleis van Justitie in Leeuwarden. Na het tekenen van de schenkingsovereenkomst door Eddie Bongers, president van het hof Arnhem-Leeuwarden, en Tresoar-directeur Arjen Dijkstra werden verschillende lezingen gehouden.
18e-eeuwse civiele processtukken
Anne Popkema, specialist Oudfries en boekgeschiedenis bij Tresoar, hield een inleiding over de incunabelen (wiegedrukken, de eerste generatie gedrukte boeken tot 1500; red.) van de Hofbibliotheek. Daarna was het woord aan Hylkje de Jong, hoogleraar rechtsgeschiedenis aan de Vrije Universiteit. Zij vertelde over de bibliotheek van het Hof in relatie tot het project Hof van Holland, Utrecht en Friesland; een samenwerkingsproject van de VU en Tresoar over achttiende-eeuwse civiele processtukken van die drie gerechtshoven.
Bijzondere boeken
De bibliotheek van het Hof van Friesland bestaat uit zo’n 2000 banden en bevat onder andere geschriften over recht en criminele dossiers, maar ook naslagwerken en atlassen.
Een bijzonder boek in de collectie is een in het Latijn geschreven incunabel van de hand van Haring Sjoerds Sinnama, een rechtsgeleerde uit Heeg. Hij promoveerde in 1491 in Keulen, en schreef daarna een boek met als titel ‘Interpretaties of verklaringen van de beide rechten’. Daarmee werd civiel en kerkelijk recht bedoeld. Het was een belangrijk boek in die tijd, vertelde Popkema aan Omrop Fryslan.
Ook zijn er drie incunabelen die in het Oudfries zijn geschreven: het ‘Freeska Landriucht’ (het Friese Landrecht). Hierin wordt het recht van de vrije Friezen behandeld.
