Allereerst gefeliciteerd met uw aanstelling. Hoe zijn de eerste weken als bijzonder hoogleraar Toekomst van het Maritieme Recht bevallen?
“Veel dank! De eerste weken zijn heel goed bevallen. We hebben zo veel leuke. ondersteunende reacties ontvangen. De bijzondere leerstoel is een gezamenlijk project van meerdere partijen, waaronder verzekeraar MSIG Marine Specialty, de redersvereniging KVNR, en de Nederlandse Vereniging voor Vervoerrecht. Het is mooi dat de toekomst van het maritieme recht zo leeft in de markt en er bereidheid is daarin te investeren.”
Het maritieme recht is voor de meeste juristen allerminst gesneden koek. Hoe bent u zo in dit rechtsgebied verzeild geraakt?
“Tijdens mijn studie aan de Universiteit Leiden kreeg ik tijdens het vak handelsverkeersrecht een college zeerecht van prof. Maarten Claringbould en was ik meteen verkocht. En dat lag niet alleen aan zijn enthousiaste wijze van college geven. Het zeerecht is internationaal, juridisch uitdagend, en dynamisch. Wat ik toen nog niet wist is dat het ook gewoon een leuke (en essentiële) industrie is om in te werken.”
De afgelopen jaren heeft u zich onder meer beziggehouden met het ‘decarbonisatie-vraagstuk’, oftewel: het afstappen van fossiele brandstoffen binnen de scheepvaart. Wat is er juridisch zo interessant aan dit vraagstuk?
“De energietransitie is ook voor de scheepvaart een uitdaging. Het overgrote deel van de zeeschepen vaart nog op ruwe stookolie. Hoewel sommige partijen vrijwillig duurzamere keuzes maken geldt dat zeker niet voor alle spelers. Om te zorgen dat de transitie slaagt zijn er heldere juridische kaders nodig. Daarbij heeft de transitie gevolgen voor andere partijen. Als schepen op ammoniak gaan varen, willen we wel dat de compensatie van gelaedeerden goed is geregeld. De energietransitie brengt dus allerlei nieuwe risico’s en vraagstukken met zich mee waar nog goed over nagedacht moet worden.”
Wat is de belangrijkste doelstelling van uw leerstoel, wat wilt u graag bereiken?
“Graag zou ik een positieve bijdrage leveren aan de maritime decarbonisation; de markt in beweging brengen en laten zien dat het recht daarbij niet alleen een obstakel hoeft te zijn, maar de transitie juist ook kan faciliteren. Daarnaast wil ik meer studenten laten ervaren hoe leuk het zeerecht is en hen aanmoedigen te kiezen voor een carrière in het maritieme recht in brede zin.”
Onder ons leespubliek bevinden zich onder meer rechtenstudenten. Wat zou u tegen hen willen zeggen om ze te enthousiasmeren voor het maritieme recht?
“Kom kijken, volg het keuzevak Internationaal Vervoerrecht in Leiden, doe de Master Maritime & Transport Law aan de Erasmus School of Law, en ervaar zelf hoe interessant het is. Leer over de verschillende aspecten van scheepsincidenten als de “Ever Given” stranding in het Suez Kanaal en de brandende car carrier “Fremantle Highway” in de Waddenzee, maar ook over de ‘dark fleet’ en schade aan onderzeekabels, al dan niet bewust veroorzaakt.”
Wie of wat is in uw juridische carrière uw bron van inspiratie?
“De mensen met wie ik samenwerk; mijn collega’s bij Van Traa Advocaten en Erasmus School of Law, cliënten, experts, rechters, wederpartijen, mijn medebestuursleden bij de NVV, de commissieleden bij de CMI-werkgroep on Maritime decarbonisation, de WISTA, en al die andere mensen. Met elkaar problemen oplossen en de wereld een klein beetje beter (proberen te) maken.”
Welk boek las u het laatst?
“Lastige vraag! Meestal lees ik meerdere boeken tegelijk. Op dit moment ben ik bezig in Every Valley van Charles King over de Messiah van Händel en in Is a River Alive? van Robert MacFarlane.”
Wat is uw favoriete wets- of verdragsartikel?
“Art. 8:610 BW. Het artikel codificeert het internationaal toegepaste averij-grosseprincipe van samen optrekken in tijden van gevaar in de Nederlandse wet. Averij-grosse, waarover ik ook mijn proefschrift schreef, blijft me fascineren. Ik denk nog steeds dat het beginsel toegepast zou moeten worden in de energietransitie. Als we weten dat niets doen tot enorme schade in de toekomst leidt die we kunnen voorkomen met investeringen op korte termijn, dan zouden we die investeringen toch moeten doen en de kosten daarvan met elkaar moeten dragen?!”
Met welke historische figuur zou u graag eens in gesprek gaan?
“Hugo de Groot. Zijn werk Mare liberum heeft een bepalende invloed gehad op het internationale zeerecht. En zijn ontsnapping in de boekenkist uit Slot Loevestein spreekt tot de verbeelding.”
Als u het voor het zeggen had, dan…?
“Zou ik me sterk maken voor het belang van samenwerking en veel meer het gesprek zoeken. Samen kom je verder.”
