Mr. van de week is Anne Meuwese. Op vrijdag 13 juni sprak zij haar inaugurele rede ‘Gedragsgericht publiekrecht’ uit aan de Universiteit van Tilburg. Volgens Meuwese moet het publiekrecht meer gericht zijn op het reguleren van het gedrag van actoren binnen overheidsinstanties. Zij vindt de uitvoering en naleving van het publiekrecht ‘in de geest van de rechtsstaat’ soms problematisch. Sinds maart 2013 is Meuwese hoogleraar European and Comparative Public Law aan de Tilburgse universiteit.
Er moet dus volgens u meer sturing komen zodat overheidsinstanties zich minder ‘fout’ gedragen. Gebeurt dat nu veel dan?
Ja. Machtsmisbruik is van alle tijden en kent vele vormen. Het zit hem vaak ook in kleine dingen, waar burgers toch veel last van kunnen hebben. Het streven naar een voorbeeldige overheid is, denk ik, een belangrijk uitgangspunt van onze samenleving en het publiekrecht is een belangrijk middel daartoe. Om dat zo te houden moeten we het durven te constateren als iets niet werkt en bereid zijn te onderzoeken waarom dat het geval is.
Zouden alternatieve reguleringsmechanismen zoals peer reviews en naming en shaming kunnen leiden tot beter overheidsgedrag?
Ja, mits rekening wordt gehouden met positieve menselijke drijfveren en niet te snel sprake is van zwartmakerij. In de VS boeken zogeheten ‘offices of goodness’, interne gedragsregulators, goede resultaten. Zij zorgen er bijvoorbeeld voor dat bepaalde Amerikaanse bestuursorganen de vrijheid van meningsuiting minder zijn gaan zien als een obstakel en meer als een gegeven dat zij proactief kunnen bevorderen.
Als u het voor het zeggen had dan…?
Als ik deze vraag even betrek op de Europese Unie, dan zou ik allereerst het verhuiscircus tussen Brussel en Straatsburg van het Europees Parlement afschaffen. Europese integratie is al ingewikkeld genoeg zonder dit soort verspillende constructies. Verder zou ik werk maken van transparantie bij de overheid, zowel bij EU-instellingen als op lidstaatniveau. Met de huidige technologische mogelijkheden is er eigenlijk geen excuus meer voor overheden om niet meer en betere informatie ter beschikking te stellen.
Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Ik kies er één: onlangs mocht ik onderzoek over Nederlandse ervaringen met het evalueren van de Algemene wet bestuursrecht presenteren op een internationale conferentie over vergelijkend bestuursrecht in Taiwan. Er gebeurt momenteel heel veel in die regio, ook op het terrein van de publiekrechtswetenschap. Alle reden om in Europa, en in Nederland in het bijzonder, niet zelfgenoegzaam of naar binnen gekeerd te raken.
Wie of wat is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
Ik raak nog altijd het meest geïnspireerd als studenten of promovendi opeens een stap verder komen. Leerprocessen dus.
Welk wetsartikel vindt u het mooist? Welk wetsartikel het slechtst?
Mooi aan artikel 2, eerste lid, Wet openbaarheid van bestuur is dat daarin het ‘algemeen belang van openbaarheid van informatie’ tot uitgangspunt wordt gemaakt.
Art. 263 vierde alinea EU-Werkingsverdrag vind ik een slecht geformuleerde bepaling, op het amateuristische af. De bedoeling was om met het Verdrag van Lissabon de beroepsmogelijkheden van burgers en bedrijven tegen algemene regels te verruimen, maar de gekozen term ‘regelgevingshandelingen’ komt nog uit wat ooit de ‘Europese Grondwet’ had moeten worden. Het gevolg is dat deze term nergens gedefinieerd staat en het Hof van Justitie er een beperkende interpretatie aan heeft gegeven, die deels gebaseerd is op de travaux préparatoires van het grondwettelijk verdrag dat uiteindelijk nooit van kracht is geworden.
Welke juridische website raadpleegt u vaak?
De door collega’s geredigeerde site NederlandRechtsstaat.nl bevat niet alleen wetenschappelijke commentaren op de Grondwet, maar is ook een ‘hub’ voor allerlei publiekrechtelijke actualiteiten. Bijdragen worden geleverd door wetenschappers én studenten; de klassieke academie in een digitale vorm.
Welk boek las u het laatst?
The Thousand Autumns of Jacob de Zoet van David Mitchell. Ik houd van historische romans. Deze speelt zich af in Japan, tijdens de nadagen van de VOC, die daar via het eilandje Deshima als enige buitenlandse partij handel mocht drijven.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Ik denk dat Hillary Clinton nog veel boeiendere dingen te vertellen heeft dan ze in haar biografieën doet. Maar liever zie ik haar in het Witte Huis.