SNS Bank neemt een belang in Welke Beheer, moeder van de gelijknamige financiële serviceprovider. SNS is de tweede bank die een belang neemt in Welke. Twee jaar geleden verwierf NIBC al een minderheidsbelang.
Adviseurs SNS Bank
NautaDutilh (Barbara Visser), De Brauw Blackstone Westbroek (Jolling de Pree), SNS Bank inhouse (Dorothea Godijn, Bastiaan Stolwijk)
Adviseurs NIBC Bank
inhouse (Job van der Have, Bas van Bentum)
Adviseurs DGA Welke
Lexence (Wouter Helder, Luc Sturm, Martin Guerant, Sophie Sprockel, Mintsje Baars, Henk ten Voorde)
Wouter Helder, dealmaker voor Lexence: “In deze deal traden wij op voor de directeur-grootaandeelhouder (DGA) van Welke. Twee jaar geleden, toen NIBC een minderheidsbelang in Welke nam, stonden wij de DGA ook al bij. In deze tijd zie je steeds vaker dat banken gaan participeren op basis van noodgedwongen akkoorden omdat ondernemingen door hun ratio’s zakken. Deze transactie is echter niet ingegeven door financiële problemen, integendeel. In 2008 was Welke goed voor een hypotheekvolume van ruim 1,5 miljard euro en ook in 2009 blijft Welke het in deze lastige markt relatief erg goed doen. Het aantrekken van een nieuwe aandeelhouder vloeit voort uit de strategie van Welke om verder te kunnen groeien en om toegang te krijgen tot funding voor (hypotheek)producten. Dit laatste was onder meer de reden om een sterke strategische partij als SNS Bank aan zich te binden. Een uitdaging bij deze transactie was om een juiste ‘governance-balans’ te vinden tussen een DGA en twee participerende banken die, zeker in deze tijd, hoge eisen stellen aan hun investeringen. Ik denk dat wij daar uiteindelijk goed in zijn geslaagd. Dit mede door de uitstekende samenwerking met de inhouse en externe counsels van SNS en NIBC en doordat wij er in deze deal bewust voor hebben gekozen om zo veel mogelijk onderhandelpunten naar voren te trekken en reeds in de ‘intentfase’ te tackelen. Het voortraject duurde daardoor wel iets langer dan normaal, maar het grote voordeel was dat we de onderhandelingen nagenoeg hebben kunnen beperken tot de hoofdzaken waardoor we de definitieve contracten buitengewoon snel en efficiënt hebben kunnen afwikkelen.”
