Aangifte tegen Hoge Raad wegens ambtsmisdrijf

Delen:

Foto Prakken d’Oliviera

Volgens emeritus hoogleraar migratierecht Ulli Jessurun d’Oliveira hebben Maarten Feteris en alle raadsheren van de Hoge Raad ambtsmisdrijven begaan. Jessurun d’Oliveira, tevens adviseur van Prakken d’Oliveira Human Rights Lawyers, heeft daarvan woensdag 19 april aangifte gedaan bij de hoofdofficier van justitie in Den Haag.

Ambtsgeheim

Het verwijt van D’Oliveira richt zich op het ‘mee-beraadslagen’, dat volgens hem een schending van het ambtsgeheim inhoudt (artikel 272 Wetboek van Strafrecht). Krachtens artikel 75 lid 2 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie en artikel 21 lid 3 van het Wetboek van Strafvordering beraadslaagt de Hoge Raad in formaties van vijf of drie raadsheren (de ‘zetel’). In de praktijk praten ook raadsheren van buiten de zetel mee over principiële kwesties. En soms kunnen ook raadsheren van andere kamers zich in het debat mengen als een  kwestie meerdere rechtsgebieden beslaat.

Reservisten

In een interview in Mr. noemde Maarten Feteris de zogeheten ‘reservisten’ (raadsheren die wel meepraten maar niet meebeslissen) onmisbaar voor de rechtszekerheid en consistentie. Dat kan wel zijn, beargumenteert D’Oliveira, maar die praktijk is in strijd met de wet, en dus een ambtsmisdrijf. Hij citeert de staatsrechtgeleerden Bovend’Eert/Kortmann die in hun standaardwerk ‘Rechterlijke Organisatie, rechters en rechtspraak’ betogen: “De justitiabelen mogen ervan uitgaan dat het bij de wet verlangde aantal rechters van een meervoudige kamer een zaak voorbereidt, ter zitting behandelt en in raadkamer overweegt en beslist.. In verband met de rechterlijke onpartijdigheid moet voor partijen vaststaan wie hun zaak behandelt en beslist.”

Eerlijk proces

Door de werkwijze overtreedt de Hoge Raad niet alleen artikel 17 van de Grondwet (‘Niemand kan tegen zijn wil worden afgetrokken van de rechter die de wet hem toekent’) maar schendt de Raad ook het recht op een eerlijk proces van artikel 6 EVRM, betoogt D’Oliveira. Hij vindt: “Als de hoogste rechter de wettelijke regeling aan zijn laars lapt die zijn eigen doen en laten beheerst, verliest die rechter aan gezag.”

Onwettige samenstelling

Op grond van al deze argumenten deed D’Oliveira aangifte van ‘het stelselmatig schenden van het geheim van de raadkamer zonder wettelijke grondslag, en van het structureel berechten van zaken in een onwettige samenstelling door de Hoge Raad.’

In een reactie laat de Hoge Raad weten: “De Hoge Raad staat geheel achter de werkwijze waar deze aangifte zich tegen richt.” Voor een nadere toelichting verwijst de Raad naar de verklaring op zijn website.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven