“Commerciële achteloosheid.” Dat typeerde de man die naam gaf aan het grootste advocatenkantoor van Zuid-Nederland. Hij werkte tot zijn tachtigste, uit noodzaak – hij had geen goed pensioen opgebouwd en de honoraria waren toen niet wat ze tegenwoordig zijn. Privérekeningen liet hij liggen, met enige regelmaat stonden deurwaarders op de stoep van zijn huurhuis. Maandelijks factureerde hij zijn cliënten, op zijn eigen manier. Normaal hielden advocaten van zijn kantoor precies bij welke brieven, memo’s en andere documenten zij hadden geproduceerd en dat vormde de basis voor een gedetailleerde nota. De naamgever van dat kantoor had daar nooit zin in. Hij vroeg de secretaresse hem die stapel documenten te geven, woog dat met zijn hand en dicteerde haar vervolgens het te declareren bedrag.
Prachtige zaak
Vandaag vindt de presentatie plaats van het boek En de naaste als jezelf, over het leven van Harry Holla (1904-1992). Zijn naam leeft voort in Holla Legal & Tax, waar tachtig advocaten (en belastingadviseurs) werken, met vestigingen in Den Bosch, Eindhoven en Utrecht. Oud-collega’s halen in het boek warme herinneringen op aan Holla, en noemen ook al dat hij vergat te declareren. Hij had toch genoten van die prachtige zaak, hoe kon hij zich daarvoor laten betalen?
Dekmantel
Holla wordt geboren in Venlo. Als hij 21 is, begint hij aan zijn rechtenstudie in Nijmegen – een logische keuze voor een katholieke jongeman. In 1935 gaat hij in Den Bosch wonen, waar hij bedrijfsjurist avant la lettre wordt bij firma De Gruyter. In de oorlog (1943) wordt hij advocaat en procureur en partner bij een bestaand kantoor – volgens de auteur van het boek een ‘perfecte dekmantel’ voor zijn verzetsactiviteiten, waar hij een leidinggevende rol krijgt.
Foute Nederlanders
Foute NederlandersAls zuid-Nederland in 1944 wordt bevrijd, moet Holla zijn advocatenbestaan tijdelijk opgeven. Hij wordt de eerste president van het eerste Tribunaal van de Bijzondere Rechtspleging (dat van Den Bosch), dat ‘foute’ Nederlanders moet berechten. Of beter: ‘landverraderlijke en onvaderlandse elementen onder ons volk’. Het boek wijdt interessante passages aan de werkwijze van dit tribunaal. Holla zit er enkele jaren. Dan gaat hij verder met zijn kantoor Holla, Knittel en Adelmeijer, waar hij ook een andere reputatie krijgt: die van iemand die taalkundig puntgave adviezen en processtukken schrijft, maar ook dat hij zijn pleitnota’s vaak op het allerlaatste moment af heeft. Binnen de balie vervult hij een prominente rol. Volgens zijn oud-collega’s: hij was wat we nu zouden noemen een topadvocaat.
Klik hier voor meer informatie over het boek.
