E-brief aan de rechter

Delen:

Inmiddels is het 2010. Tien jaar geleden hadden we nog maar net de grote milleniumcrash overleefd (maar niet heus). Het was voor de meesten al lang duidelijk dat e-mail niet een verschijnsel van voorbijgaande aard was. Vanuit de overheid werd steeds meer aangedrongen op digitalisering. Het bestuur is daarin sterk gevorderd. Veel zaken met gemeentes en ministeries kunnen al jaren per e-mail worden afgehandeld. Er is vrijwel geen bedrijf meer dat niet voornamelijk of alleen maar elektronisch communiceert. Als ik naga hoeveel papieren brieven ik nog per week schrijf, dan kan ik die op één hand tellen. Het aantal elektronische brieven zijn er vele tientallen.

Wat zo opvalt aan die paar papieren brieven die ik nog per week uitdraai, is dat 95% voor de rechterlijke macht bestemd is (en de rest voor een enkele verdwaasde collega in den lande). Want – een enkele uitzondering daargelaten – de rechter communiceert niet anders dan per papieren brief en fax. Dat is achterlijk en absurd. Ik hoef hopelijk niet de voordelen van e-mail te noemen boven het sturen van zaken over de post. Ik kan eigenlijk geen argumenten verzinnen waarom de post en de fax de voorkeur boven e-mail zouden moeten genieten. De post is langzaam en minder betrouwbaar. Er komt denk ik gemiddeld één keer per maand een e-mail niet bij mij aan of mijn e-mail komt niet bij de geadresseerde aan. Ongeveer hetzelfde aantal geldt voor de gewone post, en er zijn perioden dat dat veel meer is. Maar intussen verzend en ontvang ik wel minstens twintig of dertig keer zoveel e-mails als brieven.

De aanhankelijkheid van de dames en heren rechters aan de fax is helemaal krankzinnig. Alleen de telex is nog obsoleter (“de wat?”). Het idee schijnt te zijn dat je bij een fax met het verzendrapport kunt controleren of een brief echt door iemand op tijdstip X is verstuurd. Iedereen die zich enigszins in de materie heeft verdiept, weet dat een verzendrapport voor het overgrote deel afhangt van de eigen faxinstellingen. Maar een email, hebben de dames en heren rechters wel eens de broncode van één e-mail bekeken? Moet u maar eens voor de lol doen. Het is welhaast onmogelijk die informatie te vervalsen.

Iemeeltje

En als ik toch bezig ben: waar blijft ook het elektronische dossier, dat al jaren in de Verenigde Staten bestaat? Waarom hebben we alleen nog maar een nodeloos ingewikkelde elektronische rol? Nodeloos ingewikkeld, want met elektronische communicatie is het idee van een rolzitting sowieso volkomen achterhaald. Waarom doen we hier zo achterlijk?

Mijn vermoeden is dat het ligt aan het woord ‘iemeel’, vaak ook nog schlemielig afgekort tot ‘iemeeltje’. Dat klinkt weinig chic en serieus, het is te ‘informeel’. Men zou toch hopen dat de echte digibeten van de rechterlijke macht het veld hebben geruimd en dat de nieuwe generatie weet dat dé brief van de 21ste eeuw de elektronische brief, de e-brief, is. Hoe lang duurt het nog voordat ik mijn e-brief met ‘Edelachtbare Vrouwe/Heer’ mag beginnen?

Mr. dr. C.B. Schutte is advocaat bij Freshfields Bruckhaus Deringer te Amsterdam.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven