De brief van Herman van der Meer, voorzitter van de Commissie Evaluatie puntentoekenning gesubsidieerde rechtsbijstand II, was een ‘tussenbericht’: de commissie laat weten de deadline voor de presentatie van het eindrapport niet te halen, en gaat er twee maanden langer over doen. De bedoeling was dat de commissie haar rapport op 31 december 2024 zou afronden, dat wordt eind februari 2025. De reden: de commissie beschikt nog niet over alle benodigde onderzoeksgegevens.
Jaarinkomen
De commissie onderzoekt de feitelijke werking van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand, en gaat daarbij in op twee hoofdonderwerpen: de actualisering van puntenaantallen en de vraag of met 1.200 gedeclareerde punten een netto jaarinkomen kan worden gerealiseerd op het niveau van maximum schaal 12 Cao Rijk. Ofwel: € 6.907 bruto.
Onderzoeken
De commissie heeft het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum gevraagd een tijdbestedingsonderzoek uit te voeren. Het WODC heeft dit uitbesteed aan het Amsterdamse onderzoeksinstituut Cebeon beleidsadvisering onderzoek BV. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar het verdienmodel van een sociaal advocatenkantoor door het Kenniscentrum Stelsel Gesubsidieerde Rechtsbijstand. Deze onderzoeken zijn nog niet afgerond, waardoor de commissie nog geen voldoende onderbouwde indicatie kan geven over de verwachte kosten van het stelsel. In 2017 concludeerde de eerste Commissie Van der Meer al: de sociale rechtsbijstand moet er 126 miljoen bij krijgen, dan pas verdienen sociaal advocaten ‘marktconform’.
Achterstallig onderhoud
Die commissie heeft nu toe twintig hoorzittingen gehouden, met rechtsbijstandsverleners en hun specialisatieverenigingen. Een voorlopige bevinding deelt de commissie al met de staatssecretaris van Rechtsbescherming: het jarenlang achterstallig onderhoud heeft de werking en met name het duurzaam karakter van het stelsel onder een zorgwekkende druk geplaatst.
