De Stichting Jonge Balie Nederland (SJBN) zet zich bij het overleg over de vernieuwing van de beroepsopleiding voor advocaten, BA2020, onder meer in voor verbetering van het patroonschap. Dat zei bestuurslid Moshe Beukers van SJBN in een artikel over verantwoordelijkheden van jonge advocaat-stagiaires dat in het komende nummer van Mr. verschijnt.
SJBN wil gedegen begeleiding van advocaat-stagiaires, waarbij de patroons zelf ook begeleiding krijgen. SJBN zit aan tafel bij de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) bij het vormgeven van de vernieuwing van de beroepsopleiding voor advocaten, BA2020.
Terugkomdagen
SJBN pleit onder meer voor meerdere terugkomdagen per jaar voor patroons, zoals gebruikelijk is bij huisartsbegeleiders. Bij eerder overleg met de NOvA over BA2020 heeft SJBN al voorgesteld intervisie voor patroons in te voeren.
Patroons zijn cruciaal in de begeleiding van jonge advocaat-stagiaires als die hun eerste grote verantwoordelijkheden als advocaat te dragen krijgen. De kwaliteit van die begeleiding levert een heel wisselend beeld op, stelt Beukers. “Je moet daarbij als advocaat-stagiaire dus een beetje geluk hebben. Er zijn patroons die er helemaal voor gaan, maar ook die er niet zo veel tijd in steken.”
“De huidige opleiding tot patroon bestaat uit een cursus van maximaal twee dagen. Dat is heel weinig”, vindt Beukers. “Zelf je vak als advocaat kunnen uitoefenen is iets heel anders dan iemand tot advocaat opleiden. Er valt dus heel wat te winnen in het belang van advocaat-stagiaires.”
Assertiviteit
Bernard de Leest, lid van de Algemene Raad van de NOvA met de beroepsopleiding in zijn portefeuille, stelt dat het een enkele keer kan voorkomen dat een patroon die op papier prima voldoet, in de praktijk tekort schiet. “Maar daar wordt op gelet en als stagiaire kun je dat aankaarten bij je lokale Raad van de Orde. Van een advocaat-stagiaire mag je assertiviteit verwachten.”
Ook de NOvA wil met BA2020 de rol van het patronaat verstevigen, zegt De Leest. “We kijken naar het verbeteren van de opleiding tot patroon, maar ook naar hoe we patroons bewuster kunnen maken van waarvoor advocaat-stagiaires komen te staan.”
Beschermende cocon
Beukers vermoedt dat de verantwoordelijkheden die jonge advocaat-stagiaires dragen, een factor zijn bij uitval in de beroepsopleiding. De Leest ziet dat anders. “Met advocaat kies je voor een beroep waarbij grote verantwoordelijkheden horen. Er is een cocon aan bescherming gecreëerd om advocaat-stagiaires daarin te kunnen laten groeien. Die cocon bestaat uit de patroon, de mentor van de beroepsopleiding, de mentor van de Raad van de Orde en de Jonge Balie.”
Grotere factoren voor uitval zijn volgens De Leest het niet kunnen gedijen in een omgeving waarin het altijd om conflicten draait en de hoge lat die de huidige generatie jonge mensen voor zichzelf legt qua werklast en prestaties.
De SJBN heeft minder vertrouwen in de beschermende cocon. “Die opties heeft de advocaat-stagiaire op papier, de kwaliteit van dat vangnet is wisselend”, stelt Beukers.
