Overstap van de week is Harm ter Haar Romeny. Hij is op 2 september als partner toegetreden tot het nichekantoor Sterc arbeidsrecht advocaten in Amsterdam. Ter Haar Romeny was voorheen werkzaam bij De Brauw Blackstone Westbroek en ING.
Waarom heeft u ervoor gekozen om naar een niche-kantoor over te stappen?
Aan die keuze zitten twee kanten. Enerzijds de voor de hand liggende rationele kant, die erop neerkomt dat het me aansprak dat je in klein verband hoogwaardige en gespecialiseerde diensten verleent binnen het vakgebied dat je zelf het aller interessantst vindt: het arbeidsrecht. Dat is je basis. Maar anderzijds zit er ook een puur intuitieve kant aan: de overstap voelde op dit moment in mijn leven, met deze mensen en het kantoor dat ze opgericht hadden in alle opzichten helemaal goed. Zonder twijfel is dat laatste doorslaggevend geweest.
Hoe is Sterc arbeidsrecht advocaten op uw pad gekomen?
Ik kende twee van de drie oprichters van Sterc al vrij goed. En met een ervan ging ik wel eens een biertje drinken. We hebben niet naar elkaar zitten hengelen, op een goed moment kwam gewoon ter sprake dat het wel eens een goed idee zou kunnen zijn dat we samen gingen werken. Vanaf toen heeft die wederzijdse interesse zich verder ontwikkeld.
Hoe zijn de eerste twee weken u bij Sterc u bevallen?
Ontzettend goed. Hoe klein het kantoor ook is, het is een echte “power house” waar prachtige zaken voor veelal grote werkgevers worden behandeld. Dat zorgt voor dynamiek. Verder is het gezellig, en merk je van begin af aan dat je niet alleen advocaat bent net als de andere partners, maar ook mee-beslisser in alles wat met de dagelijkse gang van zaken te maken heeft. Ook ben je je daarom veel bewuster wat in zo’n klein verband jouw eigen bijdrage betekent, of het nu om zaken of om ideeen gaat. Het kantoor is nu echt ook “van jou” en dat geeft een speciaal gevoel.
Wat nam u zich voor toen u de advocatuur instapte?
Niet veel hoogdravends vrees ik. Koud uit de collegebanken, 25 jaar oud en met een student-stage bij De Brauw in de benen wilde ik vooral veel leren, plezier maken en zien of het vak en het kantoorleven me zouden bevallen.
Heeft u dit voornemen inmiddels bijgesteld?
Dat het vak en het werken in kantoorverband me bevallen weet ik natuurlijk inmiddels. Maar leren en plezier hebben in het vak zijn (en blijven) nog steeds heel erg belangrijke drijfveren voor me.