De Law Firm School (LFS) houdt op te bestaan als de beroepsopleiding van de Nederlandse Orde van Advocaten kwalitatief gezien net zo goed wordt. Voorzitter van de LFS prof. mr. Steven Schuit (Allen & Overy) denkt echter niet dat het snel zo ver zal komen. “Eerst zien, dan geloven”, stelt hij.
Verwacht wordt dat de Orde in 2013 zal beginnen met het doorvoeren van aanpassingen in de beroepsopleiding op basis van de aanbevelingen van de Commissie-Kortmann. Maar Schuit denkt niet dat dit onmiddellijk tot verandering van het vrijstellingenbeleid van de Orde ten aanzien van de LFS zal leiden. Deelnemers aan de LFS hoeven bepaalde vakken door dit beleid niet bij de Orde te volgen. Schuit: “Wij hebben die vrijstellingen omdat we echt diepgaand en goed onderwijs geven. Pas als de beroepsopleiding van de Orde dezelfde kwaliteit biedt, is er reden om het beleid te wijzigen. Als dat zo is, kunnen we eigenlijk de LFS wel opheffen. Iedereen zal dan ‘hoera!’ roepen. Ook ik. Het is echt een misverstand dat ik dit voor mijn lol doe.”
Vier jaar geleden riepen veertien grote advocatenkantoren het opleidingsinstituut in het leven, omdat zij niet tevreden waren over het niveau van de beroepsopleiding van de Orde. Volgens Schuit heeft de oprichting van de LFS de Orde goed wakker geschud. “Opeens kwam iedereen overeind en begon men zich af te vragen of er misschien wat moest gebeuren. Toen heeft de Orde de Commissie-Kortmann de opdracht gegeven de opleiding eens onder de loep te nemen. Zij kwam tot de conclusie dat de opleiding inderdaad te weinig kwaliteit biedt om zelfstandig functionerende advocaten te kunnen afleveren.”
Naïef
Volgens Schuit zal het echter niet meevallen om voor minder geld en in minder tijd (dan de LFS) een kwalitatief goede opleiding te realiseren die inpasbaar is binnen de organisaties van de grote kantoren. Hij beweert dat het onhaalbaar is om voor een veel lager bedrag (LFS kost 11.000 euro per stagiaire) dezelfde kwaliteit te bieden. “Eerst zien, dan geloven”, stelt Schuit. “Tien jaar geleden was de beroepsopleiding ook onderwerp van discussie en waren er veelbelovende woorden van de Orde over verbeteringen, maar daar is weinig van terechtgekomen. Het gaat niet om een mooie visie en prachtige vergezichten, maar om investeren in de toekomst, in de mensen die misschien wel 40 jaar advocaat zullen zijn. Dat is een serieuze zaak. Ik wil best hopen dat het allemaal beter wordt, maar erin geloven is natuurlijk wel heel naïef. We hebben een verleden dat er niet op wijst dat het ongetwijfeld in orde komt.”
Jarenlang is de LFS aanleiding voor verhitte discussies binnen de Orde en daar wordt Schuit een beetje moe van. “Ik begrijp niet waarom ze zich alsmaar zo druk maken en zich niet concentreren op het nieuwe eigen onderwijs. Mijn advies aan de Orde: maak het ons onmogelijk om nog vrijstellingen te vragen door zelf goed onderwijs te bieden.” Schuit vertelt dat hij de Orde heeft aangeboden mee te denken en helpen om de beroepsopleiding optimaal te maken.
Openstelling
Bovendien heeft de LFS toegezegd zich open te stellen voor andere advocatenkantoren. Die toezegging is gedaan om aan te geven dat de LFS geen beslotenheid nastreeft. “Maar we willen geen massaliteit binnenhalen, want dat werkt – kijk naar de Orde – negatief uit op de kwaliteit.” De openstelling blijkt trouwens niet voor álle kantoren te gelden. “Wij geven vakken (zoals belastingrecht en effectenrecht) die advocaten bij heel kleine kantoren eigenlijk niet nodig hebben. De LFS richt zich meer op de grote internationale praktijk. Waarschijnlijk zullen dan ook maar drie of vier kantoren uit de top 20 zich aanmelden. Ik heb niets tegen andere kantoren, maar die doen gewoon wat anders.” Overigens zegt Schuit wel een pas op de plaats te moeten maken. “We moeten afwachten wat er nu precies gaat gebeuren met het vrijstellingenbeleid voordat we de organisatie structureel kunnen vergroten.”
Zowel in het voor- als najaar kent de LFS een instroom van tussen de 70 en 90 advocaat-stagiaires. Dit jaar waren dat respectievelijk 102 en 80 deelnemers.
Doorn in het oog
Eerder heeft Schuit aangegeven ook ontevreden te zijn over de kwaliteit van de rechtenstudie. De grootste tekortkoming is volgens hem de ongelijkheid van de kennis en ervaring van de afgestudeerden. De LFS en de decanen van de rechtenfaculteiten zijn momenteel met elkaar in gesprek over hoe de eindtermen nu precies zouden moeten luiden. Schuit: “Dat de Orde dit jarenlang heeft laten liggen, vinden wij een doorn in het oog.”
