Die aanbevelingen staan in het rapport Strafbaarstelling van lijkschennis, dat wetenschappers van de Vrije Universiteit en onderzoeksbureau De strafzaak schreven in opdracht van het WODC. Lijkschennis maakt immers een ernstige inbreuk op de integriteit van het overleden lichaam en op de belangen van nabestaanden en anderen in de samenleving. Niet alleen het fysiek aantasten van een overleden kent nog geen eigen strafbepaling, dat geldt ook voor andere vormen van lijkschennis – in de meeste onderzochte landen is dat wel strafbaar. Seksueel misbruik (necrofilie), het maken van naaktfoto’s of het betalen voor donatie van een overleden lichaam zouden ook strafbaar moeten worden. In het onderzoek is van tien vormen van lijkschennis onderzocht of strafbaarstelling aan te bevelen is. Daarbij is ook gekeken naar de strafbaarheid van lijkschennis en discussies daarover in zeven andere landen.
Lichamelijke integriteit
Het recht op bescherming van de lichamelijke integriteit en de persoonlijke levenssfeer werken na het overlijden door. Daarom verdient ook het dode lichaam bescherming. Wanneer een overleden lichaam na een moord wordt verminkt en weggemaakt, tast dat ook nog eens de mogelijkheid aan om de moord op te helderen. Om deze redenen moeten bepaalde vormen van lijkschennis strafbaar worden gesteld, en er moeten substantiële maximumstraffen op komen.
Doneren lichaam
Lichamen kunnen nu worden gedoneerd ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek of onderwijs. In die gevallen kan het worden ontleed, wat belangrijk is voor de ontwikkeling van de wetenschap en de opleiding van medici. Er mag echter geen geld worden verdiend met de handel in lichamen of lichaamsdelen. Ook dit moet daarom worden verboden, stellen de onderzoekers. Daarnaast zou er een vergunningenplicht moeten komen voor bedrijven die gedoneerde lichamen tegen betaling ter beschikking stellen aan andere bedrijven.