U was al secretaris en vicevoorzitter van de LSA. Een kleine sprong naar het voorzitterschap?
Ik wist wat me te wachten stond, dus in die zin is het niet zo’n grote stap. Maar als voorzitter krijg je natuurlijk wel andere verantwoordelijkheden. Meer taken en je moet bij van alles aanwezig zijn als vertegenwoordiger van de vereniging. Ik denk dat het voorzitterschap me vanaf nu ongeveer een werkdag in de week kost. Dus al met al toch wel een verandering in vergelijking tot mijn eerdere rol.
Krijgt de vereniging nu een andere koers of andere speerpunten?
In principe niet. We zijn een kwaliteitsvereniging en we hebben alles goed op de rit. Ik zet voort wat mijn voorgangers tot nu toe tot stand hebben gebracht.
Welk type letselschadezaken wordt tegenwoordig het meest behandeld door de leden van de LSA?
Alle leden van de LSA hebben de Grotius specialisatieopleiding Personenschade afgerond en ze zijn minimaal vijf jaar advocaat. Dat heeft te maken met het uitgangspunt van onze vereniging. We willen de kwaliteit van letselschadeadvocatuur op een hoog niveau houden. Door hun opleiding en ervaring kunnen de LSA-leden alle onderdelen van het aansprakelijkheids- en schadevergoedingsrecht toepassen in hun praktijk. Daarbinnen zijn er natuurlijk LSA-advocaten die zich toeleggen op specifieke expertises.
Zijn er ook letsels die nu minder vaak voorkomen dan vroeger, of juist meer?
Op zich zijn er volgens mij geen andere letsels dan vroeger, maar door innovatieve en maatschappelijke ontwikkelingen en bijvoorbeeld de rol van de traditionele en sociale media zie je wel bepaalde trends. Denk aan ongelukken met e-bikes of zelfrijdende auto’s. Of het nieuws rond ongelukken op bouwplaatsen. De letsels zijn hetzelfde, maar de oorzaken en de aandacht ervoor veranderen.
Bij de vereniging en haar leden bestaat veel kennis over letsels en de oorzaken daarvan. Wordt die kennis ook ergens gedeeld zodat er in de toekomst letsels kunnen worden voorkomen – hoewel dat broodroof kan betekenen?
We zijn een kwaliteitsvereniging en houden ons niet actief bezig met preventie. We zijn een gemengde vereniging met slachtoffer- en verzekeraarsadvocaten. Verzekeraarsadvocaten delen hun kennis met verzekerden, zoals ziekenhuizen en bedrijven.
Als u het voor het zeggen had…
Dan droeg niemand nog bont. Dieren gebruiken en laten lijden om er als mensen mooier uit te zien, dat zou afgelopen moeten zijn.
Wat is niet over u bekend, wat wel interessant is?
Tijdens mijn rechtenstudie wilde ik officier van justitie worden. Mijn interesse ging toen al uit naar slachtoffers. Uiteindelijk koos ik toch voor de advocatuur, omdat het werken in een vrij beroep me meer mogelijkheden en vrijheid bood.
Wie is voor u een bron van inspiratie?
Ik heb veel geleerd van mijn oude werkgever, Adriaan Duynstee. Een markante en vaak controversiële man. Hij was een van de eerste letselschadeadvocaten in Nederland en uit principe geen LSA-lid. Zijn manier van werken en denken was niet alledaags, maar ik heb daar mijn voordeel mee gedaan.
Welk boek las u het laatst?
Onlangs heb ik Pride & Prejudice van Jane Austen weer eens gelezen. Voor de derde keer, denk ik. Een romantisch verhaal met typisch Engelse humor.
Wat staat er bovenaan op uw bucketlist?
Het noorderlicht nog eens zien. Ik ben sowieso nog nooit in Scandinavië geweest, dus dat moet er een keer van komen.
Met welke beroemdheid zou u in quarantaine willen zitten?
Met John Lennon, dat was mijn idool. Maar het zal niet meer gaan, vrees ik.
Benieuwd naar de studententijd van Nicole Bastiaans? Lees het hier.
