Rechtbankpresident Bart van Meegen zei dit tijdens een installatiezitting van nieuwe rechters in Amsterdam. Hij verwees tijdens de bijeenkomst naar de openbare-ordeproblemen in de hoofdstad van de afgelopen weken: “De ongeregeldheden en de nasleep daarvan hebben tot boosheid, angst en ontreddering geleid. De behoefte aan veiligheid, recht en rechtvaardigheid lijkt groter dan ooit. Daarbij wordt een appel gedaan op onze rechtbank. Om feiten te onderzoeken, naar mensen te luisteren en om recht te spreken.”
Verbetering
Dat vraagt volgens Van Meegen om “een onafhankelijke en onpartijdige echtspraak, een randvoorwaarde voor een sterke democratie”. Hij verwees naar UvA-hoogleraar rechtspleging in rechtsfilosofisch perspectief Jonathan Soeharno, die recentelijk opriep tot een ingrijpende en stelselmatige verbetering van de rechterlijke macht. Hij pleitte er onder meer op om de positie van de Raad voor de rechtspraak te wijzigen om te voorkomen dat politici de Rechtspraak naar hun hand kunnen zetten. Van Meegen zei in zijn toespraak “zich daarbij graag aan te sluiten”.
Voormalig Eerste Kamerlid Soeharno (CDA) en andere rechtswetenschappers stelden onlangs in NRC dat de Rechtspraak op meer afstand van de politiek moet komen te staan om beïnvloeding te voorkomen. Politiek kan volgens hen te veel invloed op de rechterlijke macht uitoefenen. Ze stelden in de krant dat “kwaadwillende ministers alle knoppen hebben om aan te draaien”. Zij zien in Nederland omstandigheden die zich eerder ook in Polen en Hongarije voordeden, waarbij het bijvoorbeeld gaat over anti-institutioneel sentiment.
Aandacht
Van Meegen besteedde ook aandacht aan twee moties die door de Tweede Kamer zijn aangenomen. In de eerste plaats noemde hij een aangenomen motie van Kamerlid Ulysse Ellian (VVD) om de Raad meer bevoegdheden te geven op het terrein van financiën en bedrijfsvoering. De motie moet ervoor zorg dragen dat de Raad voor de rechtspraak afdwingbare afspraken kan maken met de gerechten over financiën en bedrijfsvoering.
Van Meegen erkende dat de governance binnen de Rechtspraak ‘verbeterd en verhelderd’ kan worden. “Maar daargelaten of de uitvoering van deze motie de Rechtspraak slagvaardiger zal maken, is het geven van meer bevoegdheden aan de Raad alleen mogelijk als de onafhankelijke positie van de Raad eerst, of op zijn minst gelijktijdig versterkt wordt.”
Rol
De president gaf aan dat Tweede Kamerlid Joost Sneller (D66) hier eerder dit jaar terecht aandacht voor heeft gevraagd, via een andere aangenomen motie in de Kamer. Hierin wordt voorgesteld om de leden van de Raad voor de rechtspraak niet langer op voordracht van de minister te laten benoemen, en zijn rol hierin zo klein mogelijk te laten worden. Van Meegen: “Het lijkt mij van groot belang dat de motie van Sneller wordt opgepakt om de noodzakelijke onafhankelijkheid van de Raad en daarmee van de Rechtspraak te vergroten, voordat de Raad meer bevoegdheden krijgt.”