Sinds 2015 heeft het CJIB de mogelijkheid om betaling in termijnen toe te staan voor Wahv-boetes. In 2018 is dit wettelijk verankerd in de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften. Aanvankelijk betrof het boetebedragen van ten minste 225 euro en sinds 2019 van ten minste 75 euro. De betalingsregeling in termijnen is ook mogelijk voor strafrechtelijke geldboetes, schadevergoedings- en ontnemingsmaatregelen.
Betalingsregelingen
Met deze wettelijke vastlegging van betalingsregelingen wilde de overheid burgers meer maatwerk bieden bij het betalen van verkeersboetes. Tussen 2018 en 2021 steeg het totaal aantal aangevraagde betalingsregelingen van 191.000 naar 298.000. Een grote stijging vond plaats in 2019: toen kon vanaf 75 euro worden gevraagd om in termijnen te mogen betalen. Voor die tijd kon dat pas bij een boete van 225 euro of hoger. Het aantal toegekende betalingsregelingen steeg in die jaren van ruim 170.000 naar bijna 274.000. Het percentage afwijzingen daalde in de jaren 2018-2021 gedaald van 10 naar 6 procent. De voornaamste reden om een regeling af te wijzen is het niet nakomen van een eerdere betalingsregeling. Van het totaal aantal aangevraagde betalingsregelingen bevat naar schatting 85 procent een verkeersboete. De meeste van deze regelingen eindigen in volledige betaling. Het aandeel regelingen dat eindigde met onvoldoende of geen betaling is gedaald.
Maatwerkregelingen
In 85 procent van de regelingen wordt gewerkt met vastgestelde termijnen en termijnbedragen. In bijzondere omstandigheden wordt een maatwerkregeling getroffen maar die worden niet (volledig) nagekomen. Maatwerkregelingen zijn bedoeld voor mensen in lastigere situaties, voor wie het moeilijker is om aan betalingsverplichtingen te voldoen. In uitzonderlijke gevallen wordt de inning van geldboetes gestopt. Die bevoegdheid bestaat bij geldboetes onder de 340 euro. In 2021 is dit 96 keer gebeurd en alleen bij veelplegers die een maatregel voor plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD) hebben gekregen. Het gemiddelde openstaande bedrag bedroeg 161 euro.
Uitstel van betaling
Naast een termijnbetaling kan een burger gedurende vier maanden uitstel van betaling krijgen, om schuldhulpverlening in te schakelen. Deze ‘noodstopregeling’ geldt sinds 1 april 2020. In 2020-2021 is deze zo’n 5.000 keer toegepast. In de meeste gevallen werd na vier maanden een betalingsregeling (in termijnen) getroffen.
Minder stress
Volgens schuldhulpverleners, bewindvoerders en andere experts ervaren mensen met deze regelingen minder acute betalingsproblemen en daardoor minder stress. Ook de verlaging van het drempelbedrag naar 75 euro biedt verlichting, hoewel dat bedrag alsnog te hoog kan zijn voor mensen met een laag inkomen of schuldproblemen. De noodstopregeling is nog niet zo bekend onder schuldhulpverleners, maar wordt gezien als een welkome maatregel om schuldenproblematiek te verlichten.