The middle man

Delen:

Feit: soms slaap ik slecht. Zeker de afgelopen 10 maanden wil er nog wel eens een ronduit rampzalige nacht tussen zitten. Ik voel me niet bezwaard om alle schuld hiervoor op de smalle schouders van mijn lieve zoontje te leggen, omdat hij nu eenmaal de enige is die mij ’s nachts wakker maakt. Althans, de enige die dat doet omdat hij me nodig heeft en niet omdat hij  na een uitbundige avond met vrienden midden in de nacht het bed intuimelt. Werken met een jong kind maakt dat je je er enorm op verheugt om aan het eind van een werkdag terug naar huis te snellen. Maar het is ook zo dat je ’s ochtends opgelucht de deur achter je dichttrekt en je kan verheugen op minimaal acht relatief rustige uren voor de boeg. Werken met een jong kind betekent dat je in het toilet op werk de resten appelstroop uit je wenkbrauwen haalt, maar het betekent ook dat je je veel beter kan inleven in cliënten die zich bij een juridisch conflict zorgen maken over het kunnen onderhouden van hun gezin.

Het is een fragiele balans, werken en kinderen. Ik houd er van om hard te werken, maar dan moet ik wel goed kunnen slapen. Ik hou er van om thuis enthousiast projecten aan te pakken, maar dan moet het op het werk niet te druk zijn. De weken waarin het op werk druk is en daarnaast de baby een heuse tandenstorm ondergaat, zijn een uitdaging. Dus wat doe je, als je na bijna een jaar oefenen enigszins grip op de baby/werk-verhouding begint te krijgen? Juist, dat is het perfecte moment om te beginnen met de hernieuwde, verbeterde, verzwaarde, toch weer versoepelde maar nog steeds behoorlijk veeleisende Beroepsopleiding Advocatuur.

Nog een feit: iedereen heeft een moeder. Ik heb ook een moeder, toevallig een hele leuke. Binnenkort is zij mijn collega, in hetzelfde arrondissement en zelfs in dezelfde stad als ik. Dat is natuurlijk heel bijzonder en ik vind het een eer om met haar geassocieerd te worden, want met mij zijn ook haar collega´s van mening dat zij een verdraaid goede advocaat is.

Het is niet alleen een eer, maar ook een… tja, een wat? Geen last, maar wel een extra factor waarmee ik de komende tijd rekening moet houden. Ik val op terwijl ik soms best een beetje behoefte heb aan onzichtbaar zijn. Bij het eerste gesprek bij de Orde, toen ik mijn beëdigingsrequest, diploma’s, VOG en alle overige documenten die ik gedurende drie weken overal vandaan had geplukt ging inleveren, werd ik hartelijk ontvangen. Maar ook met: “de dochter van Suzanne is er en ze heeft precies dezelfde stem!”. Nieuwsgierige gezichten, want als oud-lid van de Raad van Toezicht is mijn moeder een goede bekende. Op zich een leuke binnenkomer, maar welke verwachtingen heeft men nu van mij? En hoe ga ik die verwachtingen kunnen waarmaken? Een week later had ik mijn kennismakingsgesprek met de deken. Ik werd door de enthousiaste adjunct-secretaris geïntroduceerd als “Emma, de dochter van Suzanne”. “Nee”, zei de deken stellig, “Emma is Emma”. Feit.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven