Partnerbijdrage van

Wanneer kan kennis worden toegerekend aan een rechtspersoon?

Juristen vinden het leerstuk van toerekening van kennis een lastig onderwerp. Toch speelt het een rol in meer dan 200 wettelijke bepalingen. In de cursus ‘Toerekening van kennis’ geeft CPO-docent Branda Katan praktische tips en handvatten voor deze lastige materie.

Delen:

In welke situaties speelt het leerstuk van toerekening van kennis?

“Dat speelt in een groot aantal situaties. In het Burgerlijk Wetboek en in de Faillissementswet zijn zeker 200 bepalingen waarin de wet rechtsgevolgen verbindt aan het hebben van bepaalde kennis. Voorbeelden zijn de bepalingen rondom verjaring en vertegenwoordiging, maar het speelt bijvoorbeeld ook bij de klachtplicht en bij de uitleg van een overeenkomst.

Het leerstuk van toerekening van kennis is vaak een onderdeel van een groter geschil. Daarom wordt er in procedures niet altijd aandacht aan besteed, of wordt het over het hoofd gezien. In de praktijk blijkt ook dat partijen het een lastig leerstuk vinden.”

Waarom vinden juristen het leerstuk van toerekening van kennis lastig?

“De ervaring leert dat men het lastig vindt om over het leerstuk een gestructureerd betoog op te bouwen. Het Burgerlijk Wetboek is geschreven met een natuurlijke persoon op het oog. In de rechtspraak zie je vaak dat iemand aansprakelijk is als die over bepaalde kennis beschikte bij een bepaalde handeling. Het bezitten van kennis veronderstelt de aanwezigheid van hersenen, maar dat ligt uiteraard anders bij een rechtspersoon. Wanneer kun je stellen dat de rechtspersoon ervan afweet? Dat maakt het leerstuk heel abstract.

Stel dat tien jaar geleden iemand in een organisatie iets wist en dat heeft opgeschreven, maar daarmee is niets gedaan. Tien jaar later verricht de rechtspersoon een handeling waarvoor die kennis relevant zou zijn geweest. Vervolgens speelt in een procedure de vraag of de rechtspersoon bij het verrichten van die handeling die kennis had. Wanneer de desbetreffende persoon zelf betrokken was bij de handeling, kun je dat wellicht nog aantonen. Dat ligt anders als diegene inmiddels uit dienst is, of op een heel andere afdeling werkt. Kan de kennis dan worden toegerekend?

Het leerstuk vereist een scherpe argumentatie om dat aan te tonen. Welke feiten zijn daarvoor van belang, welke niet? En was het te voorzien dat de informatie relevant zou zijn? In de cursus ga ik uitgebreid in op deze argumentatiestructuur.”

Welke actuele ontwikkelingen spelen er rondom de toerekening van kennis?

“De laatste jaren is er wat meer jurisprudentie gekomen over dit onderwerp. Het lijkt of het onderwerp wat vaker aan de orde komt in een procedure. Daardoor raakt het leerstuk meer uitgekristalliseerd.

Algemeen aanvaard is bijvoorbeeld dat de kennis van een bestuurder door de aard van de functie van de bestuurder toegerekend wordt aan de rechtspersoon. In het arrest HDI/Treston oordeelde de Hoge Raad echter dat er bijzondere omstandigheden kunnen zijn waardoor de kennis van een bestuurder niet kan worden toegerekend aan de rechtspersoon. In die zaak was bepaalde kennis opzettelijk verborgen gehouden voor de rest van het bestuur. Dat kon de rechtspersoon niet worden toegerekend, althans niet in verhouding tot de wederpartij die had samengespannen met die ene bestuurder.”

Wat zijn risico’s en valkuilen bij het leerstuk van toerekening van kennis?

“Het risico is dat de rechter bij interne miscommunicatie in een organisatie bepaalde kennis toch toerekent aan de organisatie, met een slechtere positie voor de rechtspersoon tot gevolg: aansprakelijkheid, geen beroep kunnen doen op dwaling of op een klachttermijn, een verjaarde vordering hebben, enzovoort. Dat gebeurt helemaal gemakkelijk wanneer de wettelijke bepalingen voorschrijven dat zo’n gevolg al intreedt als je het had moeten weten, zelfs al wist je het in werkelijkheid niet.

In een procedure beoordeelt de rechter aan de hand van de omstandigheden van het geval of kennis aan een partij kan worden toegekend. Soms zal het gaan om wat in het maatschappelijk verkeer heeft te gelden, maar in andere gevallen gaat het om wat er specifiek is voorgevallen tussen de partijen. Ook daar maken rechters en advocaten niet altijd scherp genoeg onderscheid tussen.

Een valkuil in een procedure is dat een advocaat niet de juiste vragen stelt of de juiste redenering opbouwt waardoor bij de rechter het onderwerp onvoldoende aan bod komt, of op de verkeerde manier. Omdat het leerstuk van toerekening van kennis bij veel onderwerpen kan spelen, is het voor advocaten handig om zich een keer verder te verdiepen in dit onderwerp. Je bent er dan bekend mee, weet wat de valkuilen zijn en kunt er in een procedure beter op anticiperen.”

Hoe staat het met úw kennis van het leerstuk ‘toerekening van kennis’? Branda Katan verzorgt op 12 april 2022 de cursus ‘Toerekening van kennis’. Meer info & inschrijven

Branda Katan is advocaat bij Stibbe N.V. Dit artikel verscheen oorspronkelijk op verderdenken.nl.

Delen:

Scroll naar boven