Het klassieke landschap van het Internationale recht is aan het evolueren naar complexe juridische praktijken die de wereld in internationaalrechtelijke zin veranderen. Doordat het oude volkenrecht interacteert met nieuwe juridische praktijken en internationaal geldende regels, kunnen staten en niet-statelijke organisaties ‘wettigheid’ opeisen terwijl zij de wereld schaden, ervan profiteren en vervuilen. Dat stelt prof. dr. Nikolas M. Rajkovic in zijn inaugurele rede op vrijdag 27 mei 2016 aan Tilburg University.
Op de luchthaven van Frankfurt vertrekt een vader op vakantie naar Tunesië, maar hij wordt aangehouden omdat zijn naam op een no fly-lijst staat. In Panama City blijkt uit gelekte documenten van een plaatselijk advocatenkantoor dat multinationals een netwerk van belastingparadijzen gebruiken om op ‘legale’ wijze miljarden euro’s aan belasting te ontwijken. In Londen overweegt een arbitragetribunaal of het anti-tabaksbeleid in een Zuid-Amerikaans land indruist tegen een bilateraal investeringsverdrag. In Brussel onthult de Europese Commissie haar systeem voor emissiehandel, waarmee zij universele juridische bevoegdheid over buitenlandse luchtvaartmaatschappijen claimt in de strijd tegen de klimaatverandering.
Deze voorbeelden laten volgens Rajkovic zien dat de wereld, zoals wij die politiek en juridisch hebben ingericht, diepgaand aan het veranderen is. Wat sinds 1945 vanzelfsprekende grondbeginselen in het internationale recht waren, bijvoorbeeld de scheidingen nationaal/internationaal, publiek/privaat, recht/macht, brokkelt in de praktijk formeel of informeel af, meent Rajkovic. De rol van de staat dreigt te worden verstoord en uitgehold door nieuwe sociaal-juridische praktijken van internationale organisaties.
Het principe van wettigheid speelt een zeer belangrijke rol in internationale betrekkingen, maar ondertussen worden urgente beleidsproblemen steeds vaker aangepakt via juridische praktijken die minder steunen op multilateralisme en formeel internationaal recht.
Prof. dr. Nikolas M. Rajkovic is per 1 januari 2016 benoemd als hoogleraar Internationaal recht bij Tilburg Law School. Zijn onderzoek is gericht op de vraag hoe internationale organisaties, staten en niet-statelijke actoren elkaar beconcurreren in het opleggen van verschillende soorten internationaalrechtelijke regels in een globaliserende wereld.