Folkert Jensma geselt advocaten

Delen:

In een volle zaal van Sociëteit De Witte in Den Haag werd de Nederlandse advocatuur fors gegeseld, nog wel tijdens een feestje dat door de eigen orde van advocaten werd georganiseerd. “Wij houden van kritische geluiden; daar kunnen we ons voordeel mee doen,” had algemeen deken Bart van Tongeren van te voren nog gezegd. Nou, die geluiden liet NRC-redacteur Folkert Jensma volop horen tijdens het Gerbrandydebat op woensdag 8 november. Hij wreef de advocaten onder de neus dat ze wel lippendienst bewijzen aan de rechtstaat, maar daar in de praktijk bitter weinig van terechtbrengen.

Om de zaal te prikkelen liet Jensma een filmpje van Lawyers On Tour zien waarin de huidige minister Ferdinand Grapperhaus werd geïnterviewd toen deze nog advocaat was. “We zijn leidend bij het in stand houden van de rechtstaat,” betoogde Grapperhaus.

“Wauw, dacht ik toen,” zei Jensma. Maar toen hij ging kijken of advocaten inderdaad zulke steunpilaren van de rechtstaat zijn, was hij teleurgesteld. “Zijn advocaten leidend bij het verdedigen van burgerrechten en rechtvaardigheid? Zijn ze de laatste reddingsboei die knokt voor de burger?” Valt vies tegen, vindt Jensma.

‘We deden niets onwettigs’

Hij constateerde dat advocaten vaak hun principes opzij zetten voor geldelijk gewin, en vervolgens in het defensief gaan met het argument ‘We deden toch niets onwettigs’. Maar Jensma ziet een omslag in de publieke opinie, en verwijst naar het besluit van ING om niet langer zaken te doen met trustkantoren die onethisch handelen. Jensma tegen de zaal: “Hoe hou je als beroepsgroep schone handen? Spreekt u elkaar hier op aan?”

Hij verweet de advocaten ook dat er te weinig onderlinge solidariteit is. Grapperhaus betreurde in het eerdergenoemde interview al dat grote advocatenkantoren geen pro bono zaken meer doen. Advocaat Coen Drion lanceerde in 2006 wel zijn code-Drion die inhoudt grote kantoren jaarlijks geld storten in een fonds voor proefprocessen, kennis ter beschikking stellen aan collega-advocaten en eigen advocaten beschikbaar houden voor rechtzoekenden die anders achter het net vissen. Maar de Nederlandse Orde van Advocaten was tegen, en de code vond geen navolging. “En intussen kachelt de sociale advocatuur achteruit.”

Noblesse oblige

Jensma is niet onder de indruk van de lobby die de Orde voert voor de gesubsidieerde rechtsbijstand. Onlangs oordeelde de Commissie-Van der Meer nog dat er 125 miljoen euro extra nodig is voor goede rechtsbijstand. “Maar dat komt er niet, en dat vind ik een treurig resultaat voor een beroepsgroep met een procesmonopolie.” Hij riep de advocaten op om de code-Drion alsnog te omarmen: “Denk er over na. Noblesse oblige!”

In het licht van de huidige discussie over seksuele intimidatie #metoo was het volgende onderwerp ‘Trial by media’ nog actueler, zeker omdat nu er ook berichten opduiken over advocaten die de handjes niet thuis kunnen houden. Wie zorgt voor de juridische bescherming van de mannen die worden beschuldigd van ongewenste intimiteiten, aanranding en verkrachting? ‘Trial by media staat een eerlijk proces in de weg’ was dan ook de stelling die gespreksleider Ferry Mingelen het panel voorhield. Advocaat Liesbeth Zegveld (Prakken d’Oliveira) is het oneens met die stelling. “We hebben het hier over een groot maatschappelijk probleem, en dat moeten we niet in de kiem smoren. Mijn ervaring is dat door het debat in de media feiten naar voren komen die in een rechtszaak van belang zijn.”

Beschavingsdiscussie

Hoofdofficier van het Functioneel Parket Marianne Bloos van het landelijk parket denkt ook dat de kwaliteit van het juridisch proces niet te lijden heeft onder negatieve voorpubliciteit. “Het is eerder een beschavingsdiscussie. Het baart me zorgen dat mensen denken geen rechters nodig te hebben voor een proces.” En CDA-Tweede Kamerlid en voormalige officier van justitie Chris van Dam vindt dat journalisten wel wat normen uit de rechtspraak mogen overnemen.

Maar volgens de Haagse advocaat Peter Schouten, die vijftig gevallen van trial by media onderzocht en er een boek over publiceerde, is het naïef om te denken dat mensen binnen de justitiële keten immuun zijn voor publiciteitsdruk. “Rechercheurs en getuigen staan onder invloed van de publieke opinie. Zo komt beeldvorming in het dossier terecht.” Hij noemde #metoo een heksenjacht en trok de vergelijking met het McCarthy-tijdperk in de VS.

De gedachte aan deze geharnaste communistenjager vervulde de zaal met afschuw. Gelukkig konden de aanwezigen niet veel later aanvallen op het walking dinner en de borrel.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven