De Centrale Raad van Beroep start vanaf 15 juni met een proef voor het bieden van oplossingsgerichte en snelle rechtspraak in begrijpelijke taal: ‘Gericht Op Oplossing’. De proef begint met zaken over de Participatiewet. CRvB-president Takvor Avedissian: “De rechtbank Amsterdam en het Hof Den Haag hebben al ervaring met vergelijkbare procedures, maar voor ons rechtscollege is dit nieuw.”
De coronacrisis heeft de noodzaak voor maatschappelijk effectieve rechtspraak volgens de CRvB eerder vergroot dan verkleind. De Gericht Op Oplossing-procedure (GOO) die in dat kader van start gaat is bedoeld voor partijen die er samen uit willen komen. Omdat de CRvB niet weet hoe groot de belangstelling voor deze manier van procederen zal zijn en de zittingsruimte door de coronamaatregelen beperkt is, begint de proef met een beperkt aantal zaken. “Deze week zullen vijftien brieven worden verstuurd aan partijen die via een aselecte steekproef zijn geselecteerd”, licht Avedissian desgevraagd toe.
Laten deze partijen binnen vier weken weten dat zij een GOO-behandeling willen, dan wordt in overleg met hen op korte termijn een zitting gepland. Partijen die geen brief hebben gekregen maar wel een GOO-behandeling willen, kunnen hiervoor een gezamenlijk verzoek indienen bij de griffie van de Centrale Raad van Beroep.
Communicatieve vaardigheden
Vooralsnog zal één rechter, bijgestaan door een griffier, zich over de zaken buigen, maar volgens Avedissian is het denkbaar dat op termijn meer rechters zich met de GOO-procedure bezighouden als daaraan voldoende behoefte blijkt te bestaan. “Deze rechter is meer dan gebruikelijk getraind in communicatieve vaardigheden en kan helpen om de gezamenlijke belangen van partijen in kaart te brengen. Tijdens de zitting zal de rechter aan de hand van vragen niet alleen de juridische maar ook niet-juridische aspecten van de zaak bespreken. Bij dit laatste kan bijvoorbeeld gedacht worden aan iemand die zich onvoldoende gehoord heeft gevoeld in het proces dat aan de zitting voorafging.”
Onderhandelingsbereid
Van partijen wordt verwacht dat ze bereid zijn te onderhandelen en daarvoor ook ruimte hebben, benadrukt de CRvB-president. Zo moeten zij voor zichzelf helder hebben wat voor hen het belangrijkste is en bereid zijn om zich in te leven in de belangen van de ander.
Voor de zittingen wordt extra tijd ingepland: gemiddeld twee uur per zaak. Het is mogelijk dat de rechter al tijdens de zitting een voorlopig oordeel geeft. Komen partijen er samen uit, dan wordt dit vastgelegd in een proces-verbaal dat zij binnen een week toegestuurd krijgen. Zit een gezamenlijke oplossing er niet in, dan doet de rechter uitspraak. Waar mogelijk gebeurt dit meteen mondeling.
Uitbreiding
Of de GOO-procedure ook zal worden uitgebreid naar een ander soort zaken is volgens Avedissian nu nog niet te zeggen. “We gaan eerst bekijken hoe dit zich ontwikkelt.” De proef zal ongeveer twee jaar duren en wordt tussentijds geëvalueerd.